Senaat aanvaardt nieuwe Geneesmiddelenwet



De Eerste Kamer heeft dinsdag 6 februari 2007 de scheidende minister van VWS Hoogervorst diens laatste trofee bezorgd: een nieuwe Geneesmiddelenwet. Tevens stemde de senaat in met een aanpassing van de Wet op de Geneeskundige behandelingsovereenkomst.

Historische prestatie

Minister Hoogervorst kreeg tijdens zijn laatste optreden als minister van het vertrekkende kabinet Balkenende III van alle kanten lof toegezwaaid. CDA-woordvoerder Van de Beeten zei dat Hoogervorst een historische prestatie heeft geleverd doordat hij een nieuw stelsel voor ziektekosten door het parlement heeft geloosd. Namens zijn hele fractie zei Van de Beeten dat Hoogervorst altijd 'recht door zee' is geweest en voor zijn optreden 'veel lof en waardering' verdient. Naar het oordeel van de CDA-fractie in de senaat is het nieuwe ziektekostenstelsel een monument dat men Hoogervorst niet meer kan afnemen. Ook de woordvoerders van PvdA, SP en SGP/CU staken hun waardering voor Hoogervorst niet onder stoelen of banken. VVD-woordvoerder mevrouw Dupuis zei dat er andere gelegenheden komen om haar partijgenoot lof toe te zwaaien.

Internet

In het debat zelf zei mevrouw Dupuis dat Hoogervorst zich door de Tweede Kamer op sleeptouw heeft laten nemen door in de Geneesmiddelenwet een verbod te accepteren op medicatie via internet. Betuttelend en paternalistisch, zei de VVD-senator. Minister Hoogervorst reageerde gelaten. Dit verwijt heeft mij al vaker van de kant van de VVD bereikt, maar het is nu eenmaal het lot van een minister van volksgezondheid om vrijheden van burgers te beperken.

Elektronische patiëntendossier

De verstrekking van geneesmiddelen via internet was ook een zorgpunt van senator Hamel (PvdA). Hij dacht dat het mogelijk moet zijn beperkte verstrekking toe te laten als daardoor kwaliteitsbewaking mogelijk wordt. Volgens hem worden er veel inferieure middelen verkocht via internet, zoals 'sexpillen'. De minister zei hoopvol gestemd te zijn over het op handen zijnde elektronische patiëntendossier (EPD). Dit EPD zou het misschien ook mogelijk maken om medicatie via internet te verstrekken, maar dan zou er altijd wel een relatie tussen arts en patiënt moeten bestaan. Ze moeten elkaar ook anderszins kennen, citeerde de minister een richtlijn van de KNMG. Ook beloofde de minister aan mevrouw Dupuis dat hij naar de 'dubbelzinnigheid' van het door de Tweede Kamer geformuleerde internetverbod zal laten kijken.

Patiënt centraal

Senator Van den Berg zei namens de fracties van SGP en ChristenUnie dat in de nieuwe wet het geneesmiddel en dus het belang van de patiënt centraal staat. In de oude wet staat meer de apotheker centraal. Van den Berg drong er op aan dat drogisten en apotheken uitgebreide voorlichting geven over geneesmiddelen die zij verkopen. Volgens de minister zal de categorie geneesmiddelen die uitsluitend op recept van een arts zijn te krijgen beperkt worden en zullen de categorieën UA (uitsluitend apotheker) en UAD (uitsluitend apotheker en drogist) aanzienlijk zijn. De categorie AV (algemene verkoop) zal niet al te groot worden. Drogisterijen vrezen niet voor hun klandizie, zei Hoogervorst.

Toezegging

Mevrouw Slagter-Roukema van de SP kreeg van de minister o.a. de toezegging dat hij schriftelijk zal antwoorden op vragen over het College Bescherming Geneesmiddelen en onderzoek naar geneesmiddelen speciaal voor kinderen. Zij kreeg ook te horen dat de nieuwe wet niet zonder meer de weg opent voor verpleegkundigen om geneesmiddelen te mogen voorschrijven. Daarover zal eerst nog overleg worden gevoerd.

Stelling

PvdA-woordvoerder Hamel ontlokte de minister de stelling dat een apotheker in het vervolg in de eerste plaats zorgverlener en beroepsbeoefenaar is. Ook kreeg Hamel de toezegging dat apothekers niet verplicht worden altijd lijfelijk aanwezig te zijn in hun apotheek. Wel moet de apotheker ervoor zorgen dat farmaceutische informatie bereikbaar is als hij afwezig is. Ook was minister Hoogervorst het met Hamel eens dat apothekers zich moeten kunnen specialiseren.

Europese richtlijn

CDA-senator Van de Beeten vroeg en kreeg aandacht voor invoering van een soort meldingsplicht betreffende bijwerkingen van medicijnen. Namens de hele senaat zette Van de Beeten verder grote vraagtekens bij een artikel in de nieuwe wet dat het mogelijk zou maken om met een ministeriële regeling af te wijken van een wettelijke bepaling om het snel invoeren van een Europese richtlijn mogelijk te maken.

Op speciaal verzoek van de Eerste Kamer kwam minister Hirsch Ballin (CDA, Justitie) naar de senaat om dit punt toe te lichten. De minister van Justitie beloofde de Eerste Kamer dat het betreffende artikel 80, lid 1 niet in werking zou treden in afwachting van nadere besluitvorming.

Grondwettelijk ontoelaatbaar

Er is een onderzoek gaande naar de relatie tussen lagere regelgeving en wetgeving naar aanleiding van een door de hele senaat aangenomen motie-Jurgens in maart 2006. In de motie wordt het grondwettelijk ontoelaatbaar genoemd dat de regering met lagere regelgeving afwijkt van bestaande wettelijke bepalingen, ook als dit geschiedt om Europese regels in te voeren. Hirsch Ballin beloofde dat in april een studie over dit vraagstuk naar de Kamers gaat. Het debat over de toelaatbaarheid wilde hij verdagen, totdat deze studie in bespreking komt. De senaat stemde hiermee in.


Deel dit item: