Plenair Staatssecretaris Broekers-Knol bij behandeling Wijziging begrotingsstaten Justitie en Veiligheid 2019



Verslag van de vergadering van 2 juni 2020 (2019/2020 nr. 29)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 15.58 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Staatssecretaris Broekers-Knol i:

Dank, voorzitter. Het zal u waarschijnlijk niet verbazen dat ik het bijzonder vind om vandaag hier voor u te staan, voor de eerste keer sinds ik zelf niet meer achter het rostrum zit. Het is mij een eer en een genoegen, en bovendien in deze prachtige Ridderzaal. Maar ik heb toch, dat zult u begrijpen, een kleine nostalgie naar de eigen plenaire zaal van de Eerste Kamer. Dank aan de heer Van Hattem dat u mij vandaag deze gelegenheid geeft!

De aanleiding voor dit debat is de begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid van 2019. Ik wil eerst nog een korte opmerking maken over het proces van de beantwoording van de vragen. Dat is niet helemaal goed gegaan. Uw Kamer heeft te lang moeten wachten op de nadere memorie van antwoord. Dat is gebeurd doordat er te veel heen en weer gestuurd is tussen de diverse onderdelen van mijn ministerie. Ik bied daarvoor mijn oprechte excuses aan.

Ik heb nog een andere opmerking, die betrekking heeft op het overzicht van de subsidiebedragen die VluchtelingenWerk Nederland heeft ontvangen. In het overzicht voor het jaar 2014 is abusievelijk een te hoog vastgesteld subsidiebedrag opgenomen. Het vastgestelde subsidiebedrag aan VluchtelingenWerk Nederland in 2014 moet zijn: €6.360.074, in plaats van €7.149.000. Dat komt doordat er een aanvulling is gekomen.

Mevrouw Karimi i (GroenLinks):

Ik heb een vraag over het eerste punt van de staatssecretaris. Hoe verhoudt zich dan het feit dat de Voorjaarsnota hier nog niet is aangenomen tot het feit dat u de Slotwet al hebt ingediend?

Staatssecretaris Broekers-Knol:

De Slotwet is ingediend omdat we mogen hopen dat het een en het ander zich tegelijkertijd samen kan voegen.

Mevrouw Karimi (GroenLinks):

Ik vind dat wel een beetje een vreemde gang van zaken. U heeft uw excuses aangeboden, maar het zou volgens mij goed zijn dat we dan hier de toezegging krijgen dat dat vanaf nu beter gaat en dat we niet zo lang hoeven te wachten. Ik hoop ook met u dat het nu aangenomen wordt, want dit is een heel rare figuur, moet ik zeggen.

Staatssecretaris Broekers-Knol:

Mevrouw Karimi heeft gelijk, en ik kan haar in ieder geval verzekeren dat ik het ongelooflijk belangrijk vind dat de stukken op tijd aan uw Kamer worden geleverd. Dat geldt ook voor vragen en memories van antwoord, en het geldt ook voor de Tweede Kamer. Maar het blijft iedere keer keihard drukken. Er ligt namelijk vaak een heleboel op ons bord. Maar er wordt hard aan gewerkt om te zorgen dat alles binnen de termijnen komt. Nogmaals dank voor deze aansporing van mevrouw Karimi, want die neem ik weer mee.

Voorzitter. De heer Van Hattem heeft zich in eerste instantie specifiek gericht op de stichting VluchtelingenWerk. Misschien is het voor meneer Van Hattem interessant om te vernemen dat de stichting VluchtelingenWerk bijna 41 jaar geleden is opgericht door de overheid zelf. VluchtelingenWerk Nederland ontvangt subsidie van het ministerie van Justitie en Veiligheid voor het zo goed mogelijk voorbereiden en begeleiden van asielzoekers gedurende de asielprocedure. Dit doet VluchtelingenWerk onder andere door het geven van voorlichting, het beantwoorden van vragen van asielzoekers over de asielprocedure en het op orde brengen van de stukken die nodig zijn in de asielprocedure. VluchtenlingenWerk werkt op die manier mee aan een efficiënt verloop van de asielprocedure. Daartoe is een aantal jaren geleden besloten omdat het allemaal hapsnap ging in stukjes van verschillende organisaties. Dat was niet efficiënt. Over de uitvoering van die activiteiten legt VluchtelingenWerk Nederland verantwoording af aan het ministerie.

Daarnaast voert VluchtelingenWerk Nederland met eigen middelen andere activiteiten uit. Dat is aan VluchtelingenWerk. VluchtelingenWerk ontvangt met name subsidie voor het geven van voorlichting. Het gaat daarbij om het voorafgaand aan de asielprocedure geven van meer informatie over rechtsbijstand, de wijze waarop asielzoekers zich kunnen voorbereiden, de rechten en plichten die zij hebben, enzovoorts. Dat wordt afgestemd met de ketenpartners: de IND, het COA, de DT&V, maar ook de AVIM, de vreemdelingenpolitie, enzovoort. Ook ondersteunt VluchtelingenWerk Nederland mensen bij het verkrijgen van relevante documenten, met name ID-bewijzen. Doordat de asielzoekers goed zijn geïnformeerd en weten wat hun te wachten staat, wordt onrust onder de mensen weggenomen. VluchtelingenWerk Nederland is ook juridisch intermediair op COA-locaties, bijvoorbeeld tussen de IND en de advocatuur, of een voogd als het gaat om een minderjarige.

Het zijn wel allemaal vrijwilligers, maar die vrijwilligers moeten getraind worden. Voor de training van de vrijwilligers en de voorlichtingsactiviteiten ontvangt VluchtelingenWerk Nederland subsidie. VluchtelingenWerk Nederland ontvangt ook subsidie voor de tolken die nodig zijn, want de vrijwilligers van VluchtelingenWerk Nederland moeten kunnen communiceren met de asielzoekers. Daar zijn tolken voor nodig. Over de steunfuncties en de tolken heb ik het dus gehad. Dat is dus de positie van VluchtelingenWerk Nederland.

Voorzitter. De heer Van Hattem heeft gevraagd naar het stopzetten van alle activiteiten van VluchtelingenWerk Nederland. Dat is niet zinvol en niet efficiënt, want zoals ik net zei, is VluchtelingenWerk Nederland juist degene die ervoor zorgt dat de asielprocedure in het begin goed kan verlopen voor de asielzoekers, doordat zij goed geïnformeerd zijn en ondersteund worden.

Kan de overheid het werk van VluchtelingenWerk Nederland zelf doen? VluchtelingenWerk Nederland beschikt over een groot aantal vrijwilligers. Ik wil toch wel zeggen dat het bijzonder is dat die mensen dat werk vrijwillig doen. Zij worden getraind, zoals ik al zei. De overheid zou dat dus niet zo een-twee-drie zelf kunnen doen. Daarvoor zou er vergeleken bij VluchtelingenWerk Nederland een enorme organisatie moeten worden opgezet, en dan niet eens meer met vrijwilligers. Dat is dus niet iets wat je zomaar voor elkaar kunt krijgen.

De vraag van de heer Van Hattem was ook om de onderliggende documenten met betrekking tot de subsidie te verstrekken. Ik moet helaas zeggen dat wij dat niet doen. De bedragen voor de subsidies over de jaren heen zijn vermeld, maar de onderliggende documenten kunnen wij niet verstrekken omdat daar informatie in staat waarvan wij zeggen dat die privé, of althans gevoelig is.

Dan kom ik op de vraag van de heer Van Hattem of de Nederlandse grenzen dicht kunnen gaan voor asielzoekers. Is Nederland bereid om die stap te zetten? Dat is lastig, want Nederland wil die stap niet zetten en kan die stap niet zetten. Maar het gaat er vooral om dat Nederland die stap niet wil zetten, want Nederland wil altijd beschikbaar zijn als vluchthaven voor vluchtelingen die vluchten voor oorlog en geweld. Nederland heeft het Vluchtelingenverdrag 1951 ondertekend en dat niet alleen: het heeft dat verdrag ook geratificeerd. Nederland heeft ook het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens ondertekend. Het is op die manier gebonden aan het opvangen van asielzoekers en doet dat ook, omdat het belangrijk is om dat te doen. Nederland is dus niet bereid om die stap te zetten. Wij zijn er wel toe bereid om erop toe te zien dat wij degenen die geen recht hebben op asiel, zo snel mogelijk uitsluitsel geven dat er geen recht is op asiel, zodat men gauw weet waar men aan toe is en degenen die geen recht hebben op asiel, weten dat ze naar huis moeten gaan, of ergens anders hun heil moeten zoeken.

Dan kom ik bij de vraag van de heer Van Hattem over de luxeopvanglocatie. Burgum werd genoemd als "luxe". De vraag is: hoelang is tijdelijk wat betreft Burgum? De overeengekomen bestuursovereenkomst over de nieuwe locatie in Burgum geldt vijftien jaar. Die termijn kan worden verlengd in overleg met de gemeente. In dit geval wordt de bestuursovereenkomst langjarig overeengekomen, namelijk vijftien jaar, ten behoeve van de exploitatiekosten. Als je het namelijk heel kort doet, dan is dat relatief heel duur. Vijftien jaar is qua exploitatie een goede periode. Het is natuurlijk altijd mogelijk om met de gemeente te overleggen over hoe een en ander in het vat gegoten wordt. Maar vijftien jaar in Burgum is tijdelijk.

De heer Van Hattem vroeg ook: hoezo "kluswoningen"? Na die vijftien jaar is het de bedoeling dat het in het gemeentelijk woningbestand zou kunnen komen. Dat heeft de heer Van Hattem ook terecht naar voren gebracht. Dan kan het zijn dat degenen die dan die woningen betrekken, die woningen naar eigen wensen inrichten, renoveren enzovoorts. Dat wordt bedoeld met "kluswoningen". Daarbij wil ik ook nog wel vaststellen dat de woningen sober zijn. Ik kan mij voorstellen dat iemand na die vijftien jaar bij het betrekken van die woning als inwoner van Burgum misschien meer luxe wil aanbrengen, vandaar ook de kluswoningen.

De heer Van Hattem vroeg ook hoe het zit met dat internet. De heer Van Hattem noemde Luttelgeest en hij noemde dat er in de Noordoostpolder wifi wordt aangelegd. Hij vroeg of dat niet "asielverwennerij" is. In verband met corona moest er onderwijs op afstand worden gegeven. Dat is ons allen bekend. Dat betekent ook dat er een goede wifi-installatie moet zijn, want zonder wifi gaat onderwijs op afstand niet lukken. Het was nodig om daarin te voorzien. Daarnaast zorgt die wifi voor minder overlast. Want als er geen wifi is en men dus geen mogelijkheden heeft om daar gebruik van te maken, dan is onze ervaring dat men naar buiten gaat en in een café of elders zijn heil gaat zoeken. Dat zou kunnen leiden tot overlast. Dus het is geen asielverwennerij; het is voldoen aan het leerplichtonderdeel en ook aan de noodzaak, omdat wij vinden dat we op die manier de overlast zo veel mogelijk binnen de perken kunnen houden.

Dan kom ik bij de vloerverwarming in Maastricht. Door de heer Van Hattem is gevraagd of ik kan uitleggen hoe dat zit: er is 33 miljoen uitgegeven voor renovatie of nieuwbouw in Maastricht, met onder andere vloerverwarming. Ik denk dat de heer Van Hattem ook wel weet dat met de huidige duurzaamheidseisen vloerverwarming en verwarming op een goedkopere, duurzame manier aangelegd kunnen worden dan wanneer je een ouderwetse verwarming hebt. Het is dus eerder goedkoper en duurzamer dan dat het een luxe voorziening betreft.

Door de heer Van Hattem is ook de vraag gesteld of we dat niet beter beschikbaar kunnen stellen aan burgers, want dat zou bijvoorbeeld voor de zorg ingericht kunnen worden en er zijn mensen die behoefte hebben aan dat soort woningen. Ik ben het met de heer Van Hattem eens dat het van belang is dat er in de zorg voor oudere mensen en überhaupt voor de Nederlandse burgers voldoende woningen zijn. Het is schrijnend om te zien dat daar een tekort aan is. Dat weten we allemaal, maar tegelijkertijd is het zo — de leden van uw Kamer weten dat — dat Nederland zich heeft te houden aan Europeesrechtelijke verplichtingen om opvang te verlenen aan personen die asiel aanvragen. We hebben dus onze Europeesrechtelijke verplichting. Om die reden zorgen wij ervoor dat er fatsoenlijke opvanglocaties zijn voor degenen die de opvang nodig hebben. Het voorbeeld van Burgum is een prachtig voorbeeld: na vijftien jaar kan het in de gemeentelijke woningvoorraad worden opgenomen.

Een volgende vraag van de heer Van Hattem ging over de regietafels. Hij vroeg met name of de gespreksverslagen van de regietafels openbaar gemaakt kunnen worden. Gespreksverslagen betreffen documenten die zien op intern beraad. Onder artikel 68 van de Grondwet is het staand beleid, kabinetsbeleid, dat zulke stukken geen onderdeel worden gemaakt van het debat met de Kamer. Door Kamerleden gevraagde inlichtingen worden in de regel bij Kamerbrief of nota verstrekt, waarbij de inhoud van de onderliggende stukken in geobjectiveerde vorm wordt weergegeven. Op die manier wordt de informatie die bijvoorbeeld besloten ligt in verslagen, met de Kamer gedeeld zonder dat de inhoud daarvan herleidbaar is naar individuele personen.

Ik wil daarom graag aan de heer Van Hattem toezeggen om de door de heer Van Hattem gevraagde inlichtingen door middel van een geobjectiveerde weergave van de inhoud van die gespreksverslagen te verstrekken. Aan een regietafel worden de leden bijgesproken over de verwachte asielstroom en worden mogelijkheden besproken om statushouders sneller uit de COA-opvang te laten uitstromen door onderlinge samenwerking in de regio. Ook wordt er bekeken of er mogelijkheden zijn om nieuwe COA-locaties op te richten of bestaande bestuurlijke overeenkomsten te verlengen. Daarvoor zijn de regietafels.

De heer Van Hattem heeft ook gevraagd naar de incidenten. Ik heb bij de aanbieding van het incidentenoverzicht gemeld waar wij staan met de overlastaanpak. Er is de afgelopen periode veel geïnvesteerd in die aanpak, maar we zijn er nog niet; daar ben ik mij van bewust. Er zijn heel veel maatregelen genomen. Ik noem er een paar. Er zijn ketenmariniers aangesteld, op dit moment drie maar een vierde is binnenkort ook aangesteld. Zij zijn in het hele land gericht aan de slag om samen met de ketenpartners — dat zijn IND, COA, DT&V, gemeenten, politie en Openbaar Ministerie — alle mogelijke maatregelen in te zetten. Maar in het bijzonder de aanpak van de Top X-lijst is iets waarmee de ketenmariniers bezig zijn om de overlast zo goed mogelijk binnen de perken te houden en criminele asielzoekers op de huid te zitten. Daarnaast heb ik in februari 2020 de handhaving- en toezichtlocatie, de htl, voor overlast gevende asielzoekers in Hoogeveen geopend. De meest notoire gevallen kunnen daar geplaatst worden. Er wordt ook gewerkt aan versoberde opvang voor veiligelanders, wier asielaanvraag wordt afgedaan in spoor 2, en Dublinclaimanten, wier asielaanvraag wordt afgedaan in spoor 1. Daarnaast komt er nog een budget van 1 miljoen euro beschikbaar voor de financiering van lokale maatregelen. Als een gemeente bijvoorbeeld camera's op bepaalde plekken wil waarin niet voorzien kan worden vanuit het gemeentelijke budget, dan kan de ketenmarinier dat besteden in overleg met gemeenten, winkeliers of eventueel particulieren.

Maar deze maatregelen hebben tijd nodig om effect te sorteren. Wij zien dat effect langzamerhand ontstaan, vooral door de hele goede samenwerking tussen de ketenpartners; dat vind ik wel goed om te benadrukken. Zoals ik al zei, zijn dat gemeenten, IND, COA, DT&V, politie en het Openbaar Ministerie. Door die nauwe samenwerking kunnen de maatregelen effect sorteren en krijgen wij ook berichten terug uit gemeenten als Harderwijk — er zijn er meer — waarin dat succesvol is.

Dan de vraag van de heer Van Hattem hoe het mogelijk is dat asielzoekers toch een status krijgen, ondanks misdragingen in azc's. Daar zijn we heel scherp op. Als het kan, trekken we de vergunning in. Als de IND op basis van de rechtsregels, inclusief de jurisprudentie, tot het oordeel komt dat er kan worden ingetrokken, wordt er ingetrokken. Tijdens de behandeling van de begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid 2020 op 21 november 2019 heeft mevrouw Becker van de VVD mij gevraagd de mogelijke juridische belemmeringen om tot intrekking te komen, in kaart te brengen. Ik heb toen een brief toegezegd. Deze brief verwacht ik haar op korte termijn te kunnen sturen. U kunt daar ook een exemplaar van verwachten. Als de IND op grond van wet en jurisprudentie tot het oordeel komt dat de vergunning kan worden ingetrokken, dan wordt die ingetrokken. En zaken die betrekking hebben op openbareordeaspecten hebben altijd prioriteit bij vergunningen die worden ingetrokken, dus die staan boven op de stapel. Op deze wijze gaan we met deze problematiek om.

Ik meen dat er nog een vraag was of ik kan toezeggen om de lokale democratie niet te omzeilen door bestuurlijk overleg aan de landelijke regietafel of de regionale regietafel. Daarover kan ik tegen de heer Van Hattem nog zeggen dat hij er gerust op kan zijn dat er geen sprake is van achterkamertjespolitiek, en dat lokale besluitvorming niet wordt omzeild. Uiteindelijk is het de gemeente die via de daarvoor gebruikelijke besluitvormingsprocessen beslist of er al dan niet een opvanglocatie komt. Maar de regietafel kan wel laten zien dát en vragen óf er mogelijkheden zijn.

Voorzitter, ik denk dat ik daarmee alle vragen beantwoord heb.

De voorzitter:

Dank u wel, staatssecretaris.

Dan komen wij thans bij de tweede termijn van de kant van de Kamer. Ik geef het woord aan de heer Van Hattem.