T02738

Toezegging Brief over monitoring en evaluatie (34.453)



De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Lintmeijer (GroenLinks), toe haar uiterlijk 10 mei 2019, 12:00 uur, een verduidelijkende brief te sturen over de uitwerking van de criteria voor de monitoring van de implementatie en evaluatie van het wetsvoorstel.


Kerngegevens

Nummer T02738
Status voldaan
Datum toezegging 23 april 2019
Deadline 10 mei 2019
Verantwoordelijke(n) Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Kamerleden Drs. F.C.W.C. Lintmeijer (GroenLinks)
Commissie commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen bouwen
kwaliteitsborging
Kamerstukken Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (34.453)


Uit de stukken

Handelingen I 2018-2019, nr. 27, item 10 - blz. 17-18

De heer Lintmeijer (GroenLinks): Ik doe nog een laatste poging en daar geef ik de minister graag ook een beetje tijd voor. Ik blijf een beetje hangen aan de normstelling als het gaat om die evaluatiepunten. U heeft terecht verwezen naar punt 8 van het convenant. Ik ga dat niet citeren, maar daar staan een aantal criteria in, niet uitputtend benoemd, maar wel een aantal. De stemmingen zijn over drie weken. Zou de minister ons een indicatie kunnen geven van hoe de normstellingen eruit zouden kunnen zien als het gaat om die evaluatie? Als we dat voor de stemming hebben, zou dat de afweging van mijn fractie erg helpen.

Minister Ollongren: Voorzitter, u begrijpt dat ik alles wil doen om de heer Lintmeijer mild te stemmen. Ik zal de Kamer nog een stuk hierover doen toekomen.

De voorzitter: Dat komt dus inderdaad, zoals de heer Lintmeijer vroeg, voor de stemming. Het is zaak dat het er tijdig is, dus ook de brief aan mevrouw Fiers.

Minister Ollongren: De toezegging aan mevrouw Fiers ging over de fase voor de implementatie. De vraag van de heer Lintmeijer betekent dat ik voor de stemming op dit punt een verduidelijkende brief naar de Kamer stuur.

De voorzitter: Dat betekent uiterlijk 10 mei 's ochtends voor 12.00 uur.

De heer Lintmeijer (GroenLinks): Liever twee uur eerder.

Minister Ollongren: Twee uur eerder? Ook dat is akkoord.

De heer Lintmeijer (GroenLinks): Ik sprak net vanuit de bankjes, dus voor de duidelijkheid herhaal ik het nog even. Het zou handig zijn als dat voor het fractieberaad was. Dat was mijn opmerking.

De voorzitter: Ik had het over vrijdag 10 mei, uiterlijk 12.00 uur.

De heer Lintmeijer (GroenLinks): O sorry, dat verstond ik verkeerd. Ik ben helemaal tevreden.

Minister Ollongren: Voorzitter. Dat was het einde van mijn derde termijn.

De voorzitter: Dank u wel.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter: Dan vraag ik voor de goede orde of een van de leden stemming over dit wetsvoorstel wil. Ik denk dat ik het antwoord al ken. Het antwoord is ja. Ik stel voor dat er op 14 mei wordt gestemd over het wetsvoorstel. De minister heeft toegezegd om op 10 mei voor 12.00 uur een brief, zoals gevraagd door de heer Lintmeijer, te doen afleveren bij de Kamer. Ik schors de vergadering kort, in afwachting van de terugkomst van mevrouw Kuiken en de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.


Brondocumenten


Historie