T02790

Toezegging Interdepartementaal beleidsonderzoek deeltijdwerk (35.300)



De Minister van Algemene Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Jorritsma-Lebbink (VVD), toe haar rond het kerstreces het interdepartementaal beleidsonderzoek deeltijdwerk met een kabinetsreactie te sturen.


Kerngegevens

Nummer T02790
Status voldaan
Datum toezegging 29 oktober 2019
Deadline 1 juli 2020
Verantwoordelijke(n) Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Kamerleden A. Jorritsma-Lebbink (VVD)
Commissie commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie evaluatie
Onderwerpen beleidsonderzoek
deeltijdwerk
Kamerstukken Miljoenennota 2020 (35.300)


Uit de stukken

Handelingen I 2019-2020, nr. 4, item 3 – blz. 8

Mevrouw Jorritsma-Lebbink (VVD): Een ander voorbeeld dat de RvS noemt, is het tekort aan werknemers in sommige sectoren in de publieke sector, zoals het tekort aan leerkrachten in het onderwijs. Dat er te weinig les gegeven kan worden aan onze kinderen is een probleem. Zouden meer leraren het probleem oplossen? Ja, maar het zou ook helpen als we leraren zouden kunnen verleiden om minder parttime te werken. We weten namelijk ook dat circa 50% van alle leerkrachten in het basisonderwijs minder dan 0,8 fte werken. Ons beeld is ook dat de werkdruk in die sector mede veroorzaakt wordt door de vele overdrachtsmomenten. Individuele leerkrachten melden dat wel, maar slechts een enkele koepel wil zich hieraan branden. Zou dus een gerichte salarisverhoging niet veel meer zoden aan de dijk kunnen zetten?

(…)

Handelingen I 2019-2020, nr. 4, item 6 – blz. 70

Minister Rutte: Dan de vraag van mevrouw Jorritsma over de gerichte salarisverhoging in het onderwijs. We zien dat parttime leraren die meer gaan werken, ook echt een belangrijke bijdrage leveren aan het verminderen van het lerarentekort. Dat is absoluut waar. Als je de huidige gemiddelde werkweek in het primair onderwijs van 28 uur in de komende 4 jaar met een half uur zou kunnen uitbreiden, levert dat 760 fte extra op. Daarom is het belangrijk dat werkgevers het voor hun personeel mogelijk maken om meer te gaan werken als zij dat willen en dat ook aan te moedigen. Dat gaat door investeringen van het kabinet de komende jaren voor iedereen meer lonen. Afhankelijk van de gezinssituatie levert één dag meer werken in het onderwijs de komende jaren ongeveer 4% tot 12% meer op dan nu, dus je ziet dat dat nu ook echt begint terug te komen. Wij zullen rond het kerstreces het interdepartementaal beleidsonderzoek deeltijdwerk met een reactie aan de Kamer sturen. Er zal dan ook een beleidspakket voor verschillende visies omtrent deeltijd worden gepresenteerd. In het onderzoek is ook gekeken naar maatregelen die meer uren werken aantrekkelijker kunnen maken.

(…)

Handelingen I 2019-2020, nr. 4, item 6- blz. 74

Mevrouw Jorritsma-Lebbink (VVD): Ten slotte. Ik ben blij met de toezegging over deeltijd en het deeltijd-ibo. Ik snap heel goed dat in sommige delen van het leven van mannen en vrouwen behoefte is aan korter werken. Maar het is zo langzamerhand een ziekte aan het worden in Nederland — het is ook een Nederlandse ziekte — dat jongens maar vooral meisjes direct na hun opleiding, zonder dat zij enige zorgtaak te verrichten hebben, al kiezen voor deeltijdwerk. Dat is niet goed. Het is ook niet goed voor de appreciatie van het werk zelf. Ik denk dat de status van een beroep beïnvloed wordt als heel veel mensen in dat beroep in deeltijd werken. Dat geldt niet alleen voor het onderwijs, maar ook voor de zorg. Ik hoop dus dat het ibo daar wat wijze woorden over zal spreken en dat wij toch manieren weten te bedenken om mensen te verleiden wat meer uren te gaan werken. Dat lost het personeelsprobleem op een geheel andere, maar waarschijnlijk eenvoudiger wijze op.


Brondocumenten


Historie