T03033

Toezegging Verdragen en constitutionele toetsing (35.300 VI)



De Minister voor Rechtsbescherming zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Bikker, toe om, zodra er een kabinetsvoorstel over constitutionele toetsing komt, expliciet in te gaan op de aanbevelingen van de commissie-Remkes over constitutionele toetsing en internationale verdragen.


Kerngegevens

Nummer T03033
Status voldaan
Datum toezegging 10 maart 2020
Deadline 1 januari 2021
Verantwoordelijke(n) Minister voor Rechtsbescherming
Kamerleden Mr. M.H. Bikker (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen constitutionele toetsing
Staat van de rechtsstaat
Staatscommissie parlementair stelsel
verdragen
Kamerstukken Begrotingsstaten Justitie en Veiligheid 2020 (35.300 VI)


Uit de stukken

Handelingen I 2019-2020, nr. 23, item 8, p. 32.

Minister Dekker:

[…]

Mijn punt is dus: als wij ons eenmaal internationaal aan bepaalde afspraken committeren, moeten we er niet gek van opkijken dat we daar door nationale rechten aan worden gehouden. Mijn punt is dat het bij Urgenda niet alleen maar ging om een meer of minder extensieve uitleg van het EVRM. Er kwam iets heel wezenlijks bij. De rechter hield ons aan klimaatdoelstellingen waarop we onszelf in internationaal verband hadden vastgelegd. Dat is misschien ook een belangrijk verschil met heel veel andere uitspraken en arresten die er zijn geweest. De vraag is wat dit nu betekent voor heel veel andere zaken. Dat is nog maar zeer de vraag. Het kabinet kijkt daarnaar, maar het zou te voorbarig zijn om daar nu op vooruit te lopen. De Urgenda-uitspraak is weer een andere dan de stikstofuitspraak van de afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State of bijvoorbeeld de recente uitspraak van de rechter in de SyRI-zaak.

Voorzitter, ik rond dit onderdeel af. Een gesprek over de kernwaarden van onze democratische rechtsstaat is goed, maar wel op inhoud, zakelijk en respectvol.

Handelingen I 2019-2020, nr. 23, item 8, p. 34.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Waardering richting de minister voor zijn heldere toon en ook de heldere stellingname die hij heeft ten aanzien van de rechtspraak en zijn verdediging daarvan, ook waar met allerlei kwalificaties wordt gesmeten die de rechtsstaat niet bouwen maar ondermijnen, om een linkje te maken naar de vorige afdeling. Maar de minister heeft wel een aantal dingen gezegd die tot nadenken stemmen. Die zien op rechterlijke toetsing van internationale verdragen. Tegelijkertijd is het kabinet aan het onderzoeken op welke wijze het gevolg zal geven aan de aanbevelingen van de commissie-Remkes, ook inzake constitutionele toetsing. Wil de minister toezeggen dat op de noties die hij hier maakt, specifiek zal worden ingegaan bij de afweging die het kabinet maakt rondom constitutionele toetsing en dat we die ook terugzien?

Minister Dekker:

Zeker, zonder op die uitkomst vooruit te lopen, want dit is een ingewikkeld debat en ik weet ook dat partijen hier verschillend in zitten. Ook voor mij persoonlijk is het wikken en wegen: waar doe je verstandig aan. Ik denk dat we dat debat ook hier uitvoerig zullen hebben zodra er een voorstel komt van het kabinet, want ik voorzie zomaar dat dat hierop grote belangstelling kan rekenen. Ik zal deze punten daarin meenemen en zorgen dat ze daarin aan de orde komen.

Handelingen I 2019-2020, nr. 23, item 8, p. 46.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

[…]

De waarde van de grondbeginselen van onze rechtsstaat, en daarmee ook de trias, kan niet genoeg worden onderstreept. Mijn waardering voor de inzet van het kabinet in dezen en de heldere taal die daarin geklonken heeft, vanavond en ook eerder. Dank voor de toezegging om bij constitutionele toetsing, de bespreking daarvan in het licht van het rapport van de commissie-Remkes, expliciet in te gaan op de positie daarin van verdragen in de Grondwet en de effecten die constitutionele toetsing kan hebben. De minister heeft met bevlogenheid betoogd hoe kostbaar en kwetsbaar de rechtsstaat kan zijn en verwees naar Polen.


Brondocumenten


Historie