Dit wetsvoorstel wijzigt de Overleveringswet, de WETS en het Wetboek van Strafrecht. De aanleiding hiervoor zijn de meerdere ingebrekestellingen ontvangen van de Europese Commissie over het Kaderbesluit 2002/584/JBZ (hierna: het kaderbesluit EAB), het Kaderbesluit 2008/913/JBZ (hierna: het kaderbesluit racisme en vreemdelingenhaat), de EU-richtlijn 2017/1371 (hierna: de PIF-richtlijn) en de EU-richtlijn 2013/48 (hierna: de richtlijn recht op toegang tot een advocaat).
Met dit wetsvoorstel beoogt de regering de correcte implementatie van de genoemde kaderbesluiten en richtlijnen te bewerkstelligen. Artikel I van het wetsvoorstel voorziet in de wijziging van de Overleveringswet met het oog op een volledige en correcte implementatie van het kaderbesluit EAB. Dit artikel voorziet ook in een noodzakelijke wijziging met het oog op een correcte implementatie van de richtlijn recht op toegang tot een advocaat. Artikel II en Artikel III voorzien in een wijziging van de WETS en hebben betrekking op de correcte implementatie van het kaderbesluit racisme en vreemdelingenhaat. Daarnaast voorziet Artikel III ook in een wijziging van het Wetboek van Strafrecht ter correcte implementatie van de PIF-richtlijn.
Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.
De Tweede Kamer heeft het voorstel (EK, A) op 20 juni 2024 als hamerstuk afgedaan.
De Eerste Kamer heeft het voorstel op 9 juli 2024 als hamerstuk afgedaan.
ingediend
21 december 2023titel
Wijziging van de Overleveringswet, de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties en het Wetboek van Strafrecht ter herimplementatie van onderdelen van het kaderbesluit 2002/584/JBZ betreffende het Europees aanhoudingsbevel, van onderdelen van het kaderbesluit 2008/913/JBZ betreffende de bestrijding van bepaalde vormen en uitingen van racisme en vreemdelingenhaat, van onderdelen van de richtlijn (EU) 2013/48 betreffende het recht op toegang tot een advocaat in strafprocedures en in procedures ter uitvoering van een Europees aanhoudingsbevel en van onderdelen van de richtlijn (EU) 2017/1371 betreffende de strafrechtelijke bestrijding van fraude die de financiële belangen van de Unie schaadt (Wet herimplementatie Europees strafrecht)schriftelijke voorbereiding
ondertekening
- minister voor Rechtsbescherming
inwerkingtreding
Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
8
-
10 juni 2024
brief regering; Verzoek tot spoedige behandeling van het voorstel van Wet herimplementatie Europees strafrecht (Kamerstuk 36491) TK, 8 Bevat bijlage -
-
-
-
-
-
-