33.957

Wijziging bekostiging financieel toezicht



Dit voorstel wijzigt de Wet bekostiging financieel toezicht (Wbft) waarmee uitvoering wordt gegeven aan het in het regeerakkoord "Bruggen slaan" van het Kabinet Rutte II vastgelegde voornemen tot afschaffing van de overheidsbijdrage voor het door de Autoriteit Financiële Markten (AFM) en De Nederlandsche Bank (DNB) uit te oefenen toezicht op de financiële markten.

Daarnaast is rekening gehouden met de nieuwe toezichttaken van de Europese Centrale Bank (ECB) die voortvloeien uit Verordening (EU) nr. 1024/2013PDF-document van de Raad van 15 oktober 2013 waarbij aan de ECB specifieke taken worden opgedragen betreffende het beleid inzake het prudentieel toezicht op kredietinstellingen (PbEU 2013, L 287). DNB blijft in die nieuwe situatie toezichtaken voor banken uitvoeren onder verantwoordelijkheid van de ECB en zal de kosten daarvan (blijven) doorberekenen aan de banken.

Tevens voorziet het wetsvoorstel in de mogelijkheid om een bepaald deel van de opbrengsten uit dwangsommen en bestuurlijke boetes toe te laten komen aan de Staat.

Deze samenvatting is gebaseerd op het wetsvoorstel en de memorie van toelichting zoals ingediend bij de Tweede Kamer.


Stand van zaken

Het voorstel (EK 33.957, A) is op 7 oktober 2014 met algemene stemmen aangenomen door de Tweede Kamer.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 9 december 2014 als hamerstuk afgedaan.


Kerngegevens

ingediend

5 juni 2014

titel

Wijziging van de Wet bekostiging financieel toezicht in verband met de afschaffing van de overheidsbijdrage, de invoering van Europees bankentoezicht en de bestemming van door de Autoriteit Financiële Markten en de Nederlandsche Bank opgelegde dwangsommen en boetes

schriftelijke voorbereiding

inbreng geleverd door

ondertekening

inwerkingtreding

Op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld


Documenten

5