Eerste Kamer stemt in met Coronawet



Dinsdag 27 oktober stemde de Eerste Kamer in met het voorstel voor een Tijdelijke wet maatregelen covid-19, beter bekend als de Coronawet. De stemming vond hoofdelijk plaats. 48 leden stemden voor, 24 leden stemden tegen. Ook is over vier moties gestemd waarvan twee zijn aangenomen.

Tijdens het ruim twaalf uur durende debat een dag eerder spraken alle fractiewoordvoerders hun zorgen uit over de wet. Voor sommige woordvoerders (FVD, PVV, SP, PvdD en Fractie-Otten) betekenden de zorgen dat hun fractie tegen het wetsvoorstel stemde, voor anderen viel het voordeel van de twijfel uit in het voordeel van de wet.

Aangenomen moties

De motie van senator Van Hattem (PVV) die de regering verzoekt op bij iedere maatregel en/of ministeriële regeling op basis van de Coronawet concrete toetsbare indicatoren vooraf vast te leggen, werd aanvaard.

De motie van senator Janssen (SP) die de regering verzoekt op de kortst mogelijke termijn mogelijk te maken dat de Staten-Generaal, dus Eerste en Tweede Kamer, zeggenschap over verlenging van de wet krijgen, werd eveneens aanvaard.

Verworpen moties

Op verzoek van senator Otten werd zijn motie voorafgaand aan de stemming over de wet in stemming gebracht, hoofdelijk. De motie verzoekt de regering om op korte termijn tot een oplossing te komen waarbij de rol van de Eerste Kamer bij de instemming van de ministeriele regelingen op grond van de Coronawet adequaat wordt gewaarborgd. De motie werd verworpen. 25 leden stemden voor, 47 leden stemden tegen.

Ook de motie van senator Van Rooijen (50PLUS) die de regering verzoekt om spoedeisende ministeriële regelingen uit hoofde van de Coronawet via een 'zware voorhangprocedure' voor te leggen aan de Eerste Kamer zodat ook de Eerste Kamer hierover haar stem kan uitbrengen, werd verworpen.


Deel dit item: