Rappelabele toezeggingen Economische Zaken (2012-2017) (Rappel juli 2016)



Dit is het rappel tot 02-07-16.

 




Toezegging De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie in overleg met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Veiligheid en Justitie zal de Kamer informeren over het beleid dat de regering ontwikkelt om de risico's voor natuurbranden in natuurgebieden te verminderen (32.500 XIV en F) (T01271)

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van het lid Schaap (VVD), toe dat de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie in overleg met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister van Veiligheid en Justitie de Kamer zal informeren over het beleid dat de regering ontwikkelt om de risico's voor natuurbranden in natuurgebieden te verminderen.


Kerngegevens

Nummer T01271
Status voldaan
Datum toezegging 22 maart 2011
Deadline 1 juli 2016
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Economische Zaken (2012-2017)
Kamerleden prof. dr. ing. S. Schaap (VVD)
Commissie commissie voor Economische Zaken (EZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen Bosbranden
brandgevaarlijkheid in natuurgebieden
Kamerstukken Begrotingsstaten Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit 2011 (32.500 XIV)
Begrotingsstaat Diergezondheidsfonds 2011 (32.500 F)


Uit de stukken

Handelingen I 2010-2011, nr. 21, item 2, blz. 15

De heer Schaap (VVD):

We moeten ook erkennen dat de natuur zelf bedreigend kan zijn en niet alleen maar liefelijk. Dat geldt niet alleen de dreiging van natuurrampen, maar bijvoorbeeld ook het gevaar van natuurbranden. Dit als gevolg van te veel naaldbomen, dood hout en een gebrek aan evacuatiemogelijkheden voor bewoners. Wil de staatssecretaris ook op dit punt duidelijk maken wat voor beleid hij hiervoor ontwikkelt?

Handelingen I 2010-2011, nr. 21, item 6, blz. 52

Staatssecretaris Bleker:

[...] Bosbranden zijn een onderwerp van blijvende aandacht. In het rapport van de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid staat aangegeven dat het aantal bosbranden gelukkig niet toeneemt. Het rapport geeft dan ook geen aanleiding om het beheer van natuurterreinen om die reden drastisch te veranderen.

Handelingen I 2010-2011, nr. 21, item 6, blz. 57

De heer Schaap (VVD):

Ik wil nog twee opmerkingen maken. Ten eerste heb ik wat zijdelings een opmerking gemaakt over de brandgevaarlijkheid in de natuurgebieden. Daarover zijn aardig wat rapportages verschenen. De staatssecretaris verwijst er zelf ook naar. Het gaat mij erom dat er hier in de risicosfeer een groot probleem ligt. Dat heeft te maken met twee zaken, de natuurinrichting en met erg veel naaldbomen en erg veel dood hout in de bossen. Dat heeft het risico van vliegende branden in zich. Dat kan ongelooflijk snel gaan. Als je dit koppelt aan de heel riskante situatie in bepaalde woongebieden, ook recreatiegebieden met een vrij dichte bebouwing, terwijl er geen evacuatiemogelijkheden zijn, wil je niet weten wat er zou kunnen gebeuren als zich een ernstige brandcalamiteit voordoet. Dat gaat uiteraard over meerdere departementen heen, maar dit heeft ook te maken met de natuurinrichting. De staatssecretaris hoeft hierop niet direct uitgebreid en oplossingsgericht te antwoorden, maar ik geef het hem graag mee om met zijn collega's nog eens goed te kijken naar de risico's.

Handelingen I 2010-2011, nr. 21, item 6, blz. 64

De heer Schaap (VVD):

Het ging in eerste instantie om een zijdelingse opmerking over het risico van nauwelijks beheersbare branden in natuurgebieden. Daar heb ik nog een nadere vraag over gesteld.

Staatssecretaris Bleker:

U heeft mij gevraagd om daar aandacht aan te schenken, ook in overleg met de collega's. Ik zeg toe dat ik daar schriftelijk op reageer, ook in overleg met de heren Opstelten, Donner en anderen.



Historie







Toezegging De Kamer informeren over afspraken die gemaakt zijn betreffende handhavingsinzet en budgetten (33.348) (T02197)

De staatssecretaris van Economische Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden Schaap (VVD), Dercksen (PVV) en Kuiper (ChristenUnie), toe dat de Kamer geïnformeerd wordt over de afspraken die gemaakt zijn ten aanzien van handhavingsinzet en budgetten, nadat het onderzoek hiernaar is afgerond, tussen het Rijk, provincies en gemeenten.


Kerngegevens

Nummer T02197
Status voldaan
Datum toezegging 8 december 2015
Deadline 1 juli 2016
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Economische Zaken (2012-2017)
Kamerleden R.G.J. Dercksen (PVV)
prof. dr. R. Kuiper (ChristenUnie)
prof. dr. ing. S. Schaap (VVD)
Commissie commissie voor Economische Zaken (EZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen budget
gemeenten
handhavingsinzet
provincies
Kamerstukken Wet natuurbescherming (33.348)


Uit de stukken

Handelingen I 2015-2016, nr. 11, item 8, blz. 19-55

De heer Kuiper (ChristenUnie):

(...)

Tot slot vraag ik naar de rol van gemeenten. Zij worden niet genoemd, maar hebben wel een eigen rol, zeker straks, als deze wet moet indalen in de Omgevingswet en het gemeentelijk vergunningenbeleid hierop moet worden afgestemd. Bij gemeenten leeft de vraag hoe ze dit moeten doen en of er middelen beschikbaar komen voor de gemeentelijke taken van onder meer toezicht en handhaving. Nu al is er een handhavingstekort geconstateerd, zo zegt de commissie-Mans. In het kader van de Omgevingswet wordt gewerkt aan opschaling en uitbreiding. Ook voor de natuurbescherming moet er een extra inspanning worden geleverd. Gemeenten hebben naar de mening van mijn fractie een punt als zij hierover aan de bel trekken. Wij horen graag de reactie van de staatssecretaris en overwegen op dit punt een motie in te dienen in tweede termijn.

(...)

De heer Dercksen (PVV):

(...)

Daarnaast hebben ook de VNG en de provincies hun bedenkingen. We hebben hun zorgen gehoord over de financiering van de wettelijke taken die zij moeten uitvoeren. Ik verneem graag van de staatssecretaris hoe hij deze zorgen gaat oplossen.

(...)

De heer Kuiper (ChristenUnie):

Ik heb hierover een motie voorbereid, dus ik vind het antwoord belangrijk. Het gaat uiteindelijk natuurlijk om het resultaat voor de gemeenten zelf en om het gezamenlijke resultaat dat die handhaving echt op peil komt. Daarover bestaan nu zorgen. Het is belangrijk dat gemeenten voldoende in staat worden gesteld om die handhavingstaak uit te voeren. Kunt u toezeggen dat dat ook gebeurt?

Staatssecretaris Van Dam:

Dit moeten wij echt met elkaar bespreken. Wij hebben de middelen voor handhaving natuurlijk gedecentraliseerd. Ik geef daarbij aan dat de handhavingstaken die eerder bij het Rijk lagen, maar nu deels bij de gemeenten terechtkomen, niet zo'n grote omvang hebben. Het zit hem meer in de afstemming tussen provincies en gemeenten. Wij zitten met z'n drieën aan tafel en hebben daarover procesafspraken gemaakt, zoals ik zei. Mag ik dus zeggen dat ik een klein beetje verbaasd ben over de brief die de Kamer daarover van de VNG kreeg? Zij vermeldde daarin die procesafspraken niet, terwijl dat nu juist de afspraken zijn die we met zijn drieën hebben gemaakt. We laten een en ander onderzoeken en gaan met elkaar in februari, geloof ik, weer om tafel om goede afspraken te maken. Mag ik toezeggen dat we uiteindelijk tot goede afspraken komen? Het Rijk hoeft geen budget meer over te hevelen, want dat is al gebeurd, naar de provincies. We moeten daarover nog wel goede afspraken met zijn drieën maken.

(...)

De heer Schaap (VVD):

(...)

De heer Kuiper is vooral ingegaan op het handhavingsprobleem. Wij hadden al samen zitten broeden op een eventuele motie. De staatssecretaris heeft gezegd dat hij met provincies en gemeenten in overleg is, dat hij daarin ook een verantwoordelijkheid voelt en dat het er vooral om gaat dat provincies en gemeenten er samen goed uitkomen hoe de gemeenten deze verzwaarde handhavingsverantwoordelijkheid kunnen invullen. Er is namelijk duidelijk sprake van een capaciteitslacune bij de gemeenten; financieel, personeel, maar ook qua kennis. Als in dat gezamenlijke overleg duidelijk blijkt dat provincies en gemeenten hier uitkomen, dan heb ik er het volle vertrouwen in dat dit ook zonder de druk van een motie voor elkaar moet komen. Zo positief vul ik deze toezegging van de staatssecretaris in.

(...)

Staatssecretaris Van Dam:

(...)

De heer Schaap had een aantal opmerkingen en kwam natuurlijk ook nog even terug op de discussie over de intrinsieke waarde. Ik heb goed gehoord dat hij tevreden was met de uitleg over de juridische betekenis daarvan in het wetsvoorstel. Hij had, net als de heer Kuiper en de heer Dercksen, een opmerking over de handhaving en de budgetten bij met name gemeenten. De heer Kuiper zei: gemeenten moeten in positie komen om de handhaving goed in te vullen. Hij zei: als u toezegt dat de gemeenten en de provincies eruit komen, dan is het wel goed. Dat zou ik natuurlijk graag willen toezeggen. We zitten nu echter midden in het proces. We doen ook onderzoek, ook om goed in beeld te brengen waar het precies over gaat. Gemeenten hadden namelijk in eerste instantie inschattingen gemaakt waar we, gelet op de ervaringen die wij hadden, nog wel wat vraagtekens hadden: moet de handhavingsinzet daadwerkelijk zo groot zijn? Daar wordt nu dus goed naar gekeken. Daar wordt nu goed onderzoek naar gedaan. De uitkomst van dat onderzoek bespreken het Rijk, de provincies en de gemeenten gezamenlijk. Ik zei al dat de inzet is om daar in februari met elkaar afspraken over te maken. Ik zeg toe dat ik de Kamer daarna zo snel mogelijk informeer over die afspraken. De inzet is natuurlijk: ervoor zorgen dat provincies en gemeenten gezamenlijk goed in staat zijn om de handhaving uit te voeren. In de eerste termijn heb ik ook al aangegeven dat wij het budget dat bij ons lag, ook voor handhaving, al hebben gedecentraliseerd naar de provincies.

(...)

Staatssecretaris Van Dam:

(...)

De heer Dercksen ging in op de handhavingstaak van gemeenten en gaf aan dat die geld moeten bijleggen. Ik heb net al aangegeven hoe we in gesprek zijn. In antwoord op de vragen van de heren Schaap en Kuiper heb ik toegezegd dat ik de Kamer in februari — misschien wordt het maart, maar laten we uitgaan van februari — hoop te kunnen informeren over de afspraken die we daarover hebben gemaakt.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Meenemen van het verzoek tot gratis informatie over monitoring in gesprekken met de provincies (33.348) (T02198)

De staatssecretaris van Economische Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Vos (GroenLinks), toe dat hij het verzoek om informatie over de monitoring van handhaving gratis beschikbaar te stellen, mee zal nemen in het gesprek met provincies.


Kerngegevens

Nummer T02198
Status voldaan
Datum toezegging 8 december 2015
Deadline 1 juli 2016
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Economische Zaken (2012-2017)
Kamerleden Ir. M.B. Vos (GroenLinks)
Commissie commissie voor Economische Zaken (EZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen handhaving
informatie
monitoring
Kamerstukken Wet natuurbescherming (33.348)


Uit de stukken

Handelingen I 2015-2016, nr. 11, item 8, blz. 44-53

Mevrouw Vos (GroenLinks):

(...)

Over de monitoring heb ik vragen gesteld. Ik ben blij dat de staatssecretaris zich daarvoor in ieder geval inzet. Ik blijf er wel voorstander van om de informatie gratis ter beschikking te stellen. Ik begrijp dat organisaties die daarvoor kosten hebben gemaakt, daarvoor op de een of andere manier inkomsten moeten ontvangen. Dat is wat anders dan dat de informatie gewoon beschikbaar moet zijn voor iedereen. Ik denk dat dit de handhaving en de monitoring, ook door het brede publiek en door maatschappelijke organisaties, enorm kan versterken.

(...)

Staatssecretaris Van Dam:

(...)

Mevrouw Vos zei ook dat de informatie over de monitoring gratis beschikbaar moet worden gesteld. Ik zeg haar toe dat ik dat ook meeneem in de gesprekken met de provincies. De intentie, zowel van de provincies als van ons, is natuurlijk om zo veel mogelijk zichtbaar te maken van de resultaten van het beleid. Ik heb in eerste termijn wel een kanttekening gemaakt. Als particuliere organisaties informatie verstrekken, kun je niet van ze verwachten dat ze dat kosteloos doen. Als wij nu zeggen dat dat allemaal kosteloos ter beschikking moet worden gesteld, kunnen de provincies en wij de portemonnee trekken. Dat is niet helemaal de bedoeling, maar de intentie is wel om het zo veel mogelijk zichtbaar te maken, zodat er zo veel mogelijk transparantie is. Ik ga met de provincies bespreken hoe ver we daarin kunnen komen.


Brondocumenten


Historie







Toezegging Ontwikkelingen Wbso nieuwe stijl (CXVII, E) (T02296)

De Minister van Economische zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Backer, toe de Kamer te informeren over de ontwikkelingen Wbso nieuwe stijl. 


Kerngegevens

Nummer T02296
Status voldaan
Datum toezegging 26 april 2016
Deadline 1 januari 2017
Verantwoordelijke(n) Minister van Economische Zaken (2012-2017)
Kamerleden Jhr.mr. J.P. Backer (D66)
Commissie commissie voor Financiën (FIN)
Soort activiteit Mondeling overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen nieuwe stijl
RDA
Wbso
MKB
Kamerstukken Europees Semester 2016 (CXVII)


Opmerking

mondeling overleg met de minister van Financien en Economische Zaken over het hervormings- en stabiliteitsprogramma; EK 2015-2016 CXVII, E

Uit de stukken

Verslag mondeling overleg, vastgesteld 26 mei  2016, Pagina 20/ 21:

Minister Kamp:

De heer Backer vroeg hoe de Wbso nieuwe stijl uitpakt. Daar heb ik nog geen informatie over. Wij hebben de Wbso en de RDA samengevoegd en het budget verhoogd. Ik denk dat dit een heel goede move is, met name omdat we daar het mkb ook steeds meer bij kunnen betrekken. Ik zal bekijken op welk moment ik de Eerste Kamer de door de heer Backer gewenste informatie over de ontwikkelingen in het lopende jaar kan geven.

Verslag mondeling overleg, vastgesteld 26 mei  2016, Pagina 21:

De heer Backer (D66): Kunnen we misschien afspreken dat 1 juli een goed moment is om terug te kijken? Dan is er een halfjaar voorbij.

Minister Kamp: Dat ga ik proberen. Dat betekent dat ik zal proberen om al met enig zicht op dat punt te komen voordat we met de begrotingsstukken komen.


Brondocumenten


Historie