- 
	
	32.862
 Wet basisnet
- 
	
	32.488
 Aanpassing Spoedwet wegverbreding, de Tracéwet, de Waterwet en de Wet ruimtelijke ordening inzake de hernieuwde invoering van koppelingen tussen de onteigeningsprocedure en planologische procedures
- 
	
	32.366
 Wet vergunning onrechtmatige bewoning recreatiewoningen
- 
	
	31.546
 Wijziging van de Tracéwet, Spoedwet wegverbreding en de Wet ruimtelijke ordening met het oog op de verbetering van de beroepsprocedure
- 
	
	31.326
 Rijkscoördinatieregeling op energie-infrastructuurprojecten
- 
	
	30.938
 Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening
- 
	
	30.218
 Wijziging Wet ruimtelijke ordening inzake grondexploitatie
- 
	
	29.490
 Verjaring van en heffing bij planschadevergoedingsaanspraken, alsmede planschadevergoedingsovereenkomsten
- 
	
	28.916
 Wet ruimtelijke ordening
- 
	
	28.734
 Onderbrenging van overtredingen van bestemmingsplanvoorschriften en daarmee samenhangende overtredingen onder de werkingssfeer van de Wet op de economische delicten
- 
	
	26.844
 Wijziging Wet op de Ruimtelijke Ordening
- 
	
	25.311
 Zelfstandige projectprocedure ruimtelijke ordening
- 
	
		6 mei 2008
 Motie-Schouw (D66) c.s. inzake een wettelijke verankering van de visie Randstad 2040 (30.938, G)
 resultaat: Op 20 mei 2008 aangenomen met algemene stemmen na stemming bij zitten en opstaan
- 
	
		6 mei 2008
 Motie-Smaling (SP) c.s. inzake monitoring en evaluatie van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (30.938, H)
 resultaat: ingetrokken op 26 mei 2009
- 
	
		22 mei 2007
 Motie-Van der Lans (GroenLinks) c.s. inzake onderzoek naar grondposities (30.218, I)
 resultaat: Op 5 juni 2007 Aangehouden op 5 juni 2007. Vervallen op 25 september 2018 op basis van artikel 93, derde lid, van het Reglement van Orde van de Eerste Kamer.
- 
	
		21 maart 2005
 Motie-Meindertsma (PvdA) c.s. inzake een breed draagvlak en participatiemogelijkheden voor burgers en NGO's op het gebied van ontwikkelingsplanologie (XXI, B)
 resultaat: Op 5 april 2005 Aangehouden op 5 april 2005. Vervallen op 25 september 2018 op basis van artikel 93, derde lid, van het Reglement van Orde van de Eerste Kamer.
