Eerste Kamer debatteert over klimaatakkoord Parijs



De Eerste Kamer heeft op dinsdag 27 juni 2017 gedebatteerd met staatssecretaris Dijksma (Infrastructuur en Milieu) over de goedkeuring van het klimaatakkoord van Parijs van 12 december 2015. Doel van dit akkoord is om de opwarming van de aarde te beperken tot ruim onder twee graden Celsius ten opzichte van het pre-industriële niveau, met het streven deze tot anderhalve graad te beperken. Alle landen die partij zijn bij het verdrag - waaronder zowel de EU als haar lidstaten - zijn na ratificatie verplicht tot het nemen van maatregelen om hun broeikasgasuitstoot te beperken.

Op dinsdag 4 juli 2017 wordt over het wetsvoorstel en een door senator Teunissen ingediende motie gestemd.

Toekomstige generaties

Senator Atsma (CDA) gaf in het debat aan dat het beperken van CO2-uitstoot van groot belang is voor het klimaat waar toekomstige generaties in leven. Dit probleem kan volgens Atsma alleen op mondiale schaal worden aangepakt.Hij merkte daar bij op dat er wel voldoende draagvlak moet zijn voor de maatregelen die worden getroffen. De senator vroeg de staatssecretaris of de in Parijs gemaakte afspraken juridisch afdwingbaar zijn en wat de gevolgen zijn van de terugtrekkende beweging van de Verenigde Staten. Atsma vroeg ook welke stappen er worden gezet door de EU als geheel. Er mag niet teveel verschil zitten tussen de inspanningen van de verschillende lidstaten.  

Hoax rond het klimaat

Senator Van der Sluijs (PVV) hield tijdens het debat zijn maidenspeech. Hij gaf aan dat hij het debat over het klimaatakkoord een unieke kans biedt om de hoax rond het klimaat te stoppen. Van der Sluijs betoogde dat wetenschappelijk is bewezen dat het CO2-gehalte in de lucht de afgelopen miljoenen jaren sterk gefluctueerd heeft. De menselijke invloed hierop is volgens de senator zeer beperkt. De senator verwacht dan ook niet dat de afspraken uit Parijs veel effect zullen hebben op het klimaat. Bovendien gaan deze afspraken uit van de verkeerde veronderstelling dat de mens verantwoordelijk is voor de opwarming van de aarde. Senator Van der Sluijs stelde ook dat er wereldwijd nog niet veel wordt gedaan aan duurzame energie. Nederland loopt dus niet achter. Van der Sluijs vroeg de staatssecretaris om te bevestigen dat klimaatverandering niet leidt tot extreem weer en dat windenergie en biomassa niet tot lagere CO2-uitstoot leiden. Ook vroeg de senator of het klopt dat 37,7 miljard euro subsidie slechts 1,43 procent extra duurzame energie oplevert.

Historische doorbraak

Senator Schrijver (PvdA) noemde het klimaatakkoord een 'historische doorbraak'. Hij hoopt dan ook dat de Verenigde Staten zich uiteindelijk toch niet zullen terugtrekken uit het verdrag. Schrijver vroeg naar de interpretatie van de afspraak dat er in de tweede helft van de 21e eeuw een evenwicht moet zijn tussen de uitstoot van broeikasgassen en het absorberend vermogen van de natuur. Schrijver vroeg ook of de vrijwillige nationale bepalingen niet al te vrijblijvend zijn opgesteld. Er is immers geen mogelijkheid om een straf op te leggen als een doelstelling niet wordt gehaald. Het internationale klimaatrecht is op dit alles niet van toepassing. De senator vroeg of een nationale klimaatwet hier verandering in zou kunnen brengen. Ook betoogde Schrijver dat ontwikkelde landen de verplichting hebben om ontwikkelingslanden financieel te ondersteunen bij klimaatplannen. Tot slot vroeg de senator naar de positie van de andere landen in het Koninkrijk der Nederlanden: ook zij moeten uitvoeringswetgeving tot stand brengen. Ook vroeg hij de staatssecretaris om te bevestigen dat het klimaatakkoord een even zware status heeft als een verdrag.

Kwetsbare aarde

Senator Kuiper (ChristenUnie) betoogde dat het terugdringen van CO2 in de atmosfeer een categorische opgave is. Kuiper stelde dat de aarde een uniek en kwetsbaar bezit is en dat de mens de opdracht heeft om deze te beschermen. Kuiper noemde het verdrag van Parijs een mijlpaal voor de wereldgemeenschap. Hij betreurde dat de Verenigde Staten hebben aangekondigd zich te zullen terugtrekken uit dit akkoord. Kuiper vroeg wat dit betekent voor de maatregelen die worden getroffen. De senator bepleitte dat Nederland zich inzet voor het bevorderen van duurzame energie; hiervoor is versobering en matiging van de energieconsumptie nodig. Kuiper vroeg hoe de staatssecretaris denkt over het serieus beprijzen van CO2, in combinatie met het bestaande emissiestelsel.

Klimaatverandering als pseudoreligie

Senator Van Dijk (SGP) opende zijn betoog met een citaat van Leonardo da Vinci: "Wij zijn alle ballingen, levend binnen de lijsten van een vreemd schilderij. Wie dit weet, leeft groot. De overige zijn insecten." Van Dijk betoogde dat klimaatverandering niet verheven moet worden tot pseudoreligie waarbij twijfel genadeloos de kop wordt ingedrukt. De senator vroeg of het de inzet van het kabinet is om met een gezond-kritische blik het klimaat-dossier te beheren. Voor de aanpak het fossiele brandstoffengebruik is weliswaar internationale samenwerking nodig, maar over deze toenemende globaliseringen leven ook zorgen. Zo mag het bijvoorbeeld niet zo zijn dat er werkgelegenheid door verdwijnt. De senator vroeg of Nederland door de EU gedwongen kan worden om aan de afspraken uit het akkoord te voldoen, ook als Nederland het verdrag niet zou ratificeren. Hij vroeg ook of de verdragsbepalingen rechtstreekse werking hebben, mede in het licht va de Urgenda-zaak.   

Basis voor samenwerking

Senator Schaper (D66) stelde dat de effecten van de opwarming van de aarde verder gaan dan alleen het klimaat. Ook tropische plagen en ziektes zullen toenemen. Het klimaatakkoord van Parijs legt volgens de senator de basis voor internationale samenwerking. De senator gaf aan dat hij de verhoogde Nederlandse  bijdrage aan het International Panel on Climate Change en de bijdrage voor de IPCC-studie over toekomstscenario's toejuicht. Schaper bepleitte wel dat de Europese doelstellingen voor CO2 reductie snel worden opgeschroefd. De Urgenda-uitspraak ziet de senator als een belangrijke boodschap aan het kabinet.

Leefbare aarde

Senator Teunissen (PvdD) gaf aan dat het klimaatakkoord niet alleen draait om de overgang naar duurzame energie, maar ook om het leefbaar maken van de aarde. De senator betreurde dat het kabinet nog steeds de fossiele industrie steunt; door lage btw-tarieven, door grootverbruikerskortingen voor energie en door het niet in rekening brengen van externe kosten. Teunissen riep het kabinet op om vol in te zetten op energiebesparing en eiwittransitie; de bio-industrie af te schaffen en de kolencentrales te sluiten.

Senator Teunissen (PvdD) diende tijdens het debat een motie in die ervoor pleit dat de maaltijden in de Eerste Kamer voortaan in principe vrij van vlees en vis zullen zijn. Deze producten zullen alleen op verzoek beschikbaar zijn. Teunissen merkte daar bij op dat de consumptie van dierlijke eiwitten een zeer zware belasting zijn voor de natuur en dat het belangrijk is dat de overheid hier een voorbeeldfunctie in vervult. Staatssecretaris Dijksma gaf aan dat het kabinet geen oordeel heeft over deze motie.

Cruciaal akkoord

Senator Vos (GroenLinks) betoogde dat het klimaatakkoord cruciaal is om de potentieel grootste catastrofe in de 21e eeuw af te wenden. Vos: " Hoe langer we doorgaan met de uitstoot van broeikasgassen, hoe sterker de opwarming en hoe ernstiger de gevolgen." De aanpak van Klimaatverandering is volgens Vos ook een grote kans voor de economie en werkgelegenheid. De senator vroeg of het kabinet zich hard zal maken om het beleid van de EU aan te scherpen en of de staatssecretaris mogelijkheden ziet om een hogere CO2 prijs te bewerkstelligen en om in de EU te pleiten voor hogere doelen voor de niet-ETS sectoren. Tot slot vroeg de senator wat het kabinet gaat doen aan het feit dat de doelstellingen uit het Energieakkoord niet worden gehaald.

Meer nodig

Senator Meijer (SP) stelde dat er veel klimaatverschijnselen zijn die de mens niet in de hand heeft, maar dat het verminderen van de uitstoot van broeikasgas een haalbare kaart is. Met het sluiten van het klimaatakkoord liet de mens zich van haar beste kant zien, aldus de senator. Toch is er meer nodig om de gemiddelde mondiale temperatuur te beperken. Meijer vroeg hoe het kabinet aan deze doelstellingen verwacht te voldoen en wat dit voor mensen in de praktijk zal betekenen. Zij merkte daar bij op dat de emissie in Europa daalde sinds 2005 met 25 procent, terwijl die van Nederland steeg. De senator pleitte voor het isoleren van woningen, het sluiten van kolencentrales en het verduurzamen van de transportsector.

Bijzonder akkoord

Staatssecretaris Dijksma (PvdA) gaf aan dat het zeer bijzonder is dat het akkoord al in november 2016 in werking is getreden en dat geen enkel land heeft aangegeven het voorbeeld van de Verenigde Staten te zullen volgen. Het is nog niet duidelijk wat de gevolgen zullen zijn van het aangekondigde vertrek van de Verenigde Staten. Naar verwachting wordt op de dag voor de Presidentsverkiezingen in 2020 definitief besloten over de inzet van de VS. Tot die tijd blijft de VS partij bij het verdrag en zal het een bijdrage moeten leveren. Het verdrag voorziet echter niet in een handhavingsmechanisme.

De transitie naar duurzame energie levert volgens de staatssecretaris juist economische groei en werkgelegenheid op. Ook het bedrijfsleven zet zich hier actief voor in. De staatssecretaris gaf aan dat China en India inmiddels een deel van hun toezeggingen ruimschoots hebben gehaald. Ook betoogde zij dat er verschillende manieren zijn om de twee graden-doelstelling te halen. De ophoging van het nationale klimaatbeleid is volgens Dijksma een belangrijk onderwerp in de formatiebesprekingen. Een nationale klimaatwet kan stabiliteit bieden, maar het is aan het nieuwe kabinet om hier een besluit over te nemen.

De staatssecretaris gaf aan dat zij hoopt dat het emissiehandel-systeem wereldwijd wordt aangescherpt. Het kabinet maakt zich hier ook binnen de EU sterk voor het verlagen van het emissieplafond en het uit de markt halen van emissierechten.  

De staatssecretaris betoogde dat het inzetten op duurzame energie een middel is om CO2 reductie te bereiken. Over de Urgenda-norm merkte Dijksma op dat deze naar verwachting in 2020 wordt gerealiseerd. De afspraken uit het akkoord zijn weliswaar niet afdwingbaar (zoals bij het Verdrag van Kyoto), maar ook afdwingbare afspraken hebben in het verleden niet altijd succes gehad. De vrijwillige deelname kan juist ook voordelen hebben.



Deel dit item: