T03425

Toezegging Brief kritische tijdslijn Omgevingswet (33.118/34.986)



De minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Klip-Martin (VVD), Rietkerk (CDA) en Van der Linden (Fractie-Nanninga), toe de Kamer een brief te sturen over de kritische tijdslijn richting het najaar 2022 voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet per 1 januari 2023.


Kerngegevens

Nummer T03425
Status voldaan
Datum toezegging 21 juni 2022
Deadline 24 juni 2022
Verantwoordelijke(n) Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Kamerleden drs. T. Klip-Martin (VVD)
L.P. van der Linden MSc. (Fractie-Nanninga)
drs. Th.W. Rietkerk (CDA)
Commissie commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO)
commissie voor Economische Zaken en Klimaat / Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (EZK/LNV)
Soort activiteit Mondeling overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen Kritische tijdslijn Omgevingswet
Kamerstukken Invoeringswet Omgevingswet (34.986)
Omgevingsrecht (33.118)


Uit de stukken

Kamerstukken I 2021-2022, nr. XXX, item XXX, blz. 37-38

De heer Van der Linden (Fractie-Nanninga):

Dank u, voorzitter. Dank voor de beantwoording. Wij hebben de afgelopen weken beoordeeld of we een alternatieve noodremprocedure mogelijk zouden kunnen maken als we het koninklijk besluit nu wel zouden nemen. Onze conclusie is: nee, dat is niet zo; dat KB is eigenlijk voor ons die noodrem. Zo beschouwen we het ook: niet als startsein maar als noodrem. Wij zullen daar alleen aan trekken -- ik begrijp in oktober; dat is mooi -- als de seinen heel duidelijk op rood staan. We beoordelen dat in oktober dan naar aanleiding van drie dingen: nieuw oordeel AcICT, twee, grondige testresultaten via die voorgangsrapportage, en drie -- daar hopen we natuurlijk wel op -- de blijvende steun van de medeoverheden, van de koepels. Dat is wel belangrijk. Dus wat ons betreft kunnen we ook meegaan in het meewerken aan een Kameruitspraak voor de zomer. Dat is prima. Maar we willen niet nu al besluiten over het KB.

Dank u wel.

Kamerstukken I 2021-2022, nr. XXX, item XXX, blz. 40

De heer Rietkerk (CDA):

(…)

Tot slot. Kan de minister in een bondige brief aangeven wat het tijdspad is met de onderdelen die de collega's hebben genoemd? Dan sluit ik als eerste aan bij de heer Van der Linden, die een aantal elementen heeft genoemd, tot en met de voortgangsrapportage in oktober.

Kamerstukken I 2021-2022, nr. XXX, item XXX, blz. 43-44

Minister De Jonge:

(…)

Ik neem graag de suggestie van Rietkerk over om dat even in een brief aan de Kamer te schetsen, al was het maar om de vraag voor te zijn die de heer Nicolaï stelt, namelijk: wat gaat er mis als je na oktober bent? Dat vind ik echt wel onverantwoord worden. Het is namelijk niet alleen het oefenen. Oefenen kan natuurlijk altijd. Oefenen doen ze ook al een jaar, dus dat is niet het spannende. Waar het om gaat, is dat je nu eerst de bruidsschat inlaadt in de oefenomgeving. Straks ga je de bruidsschat inladen in de daadwerkelijke productieomgeving. Dan gaan gemeenten daarmee aan de slag, bijvoorbeeld om de bestanden te veranderen daar waar ze een bestemmingsplanwijziging of een omgevingsplanwijziging gelijk mee willen nemen. En dan zou je in november nog zeggen: o ja, al het werk is voor niks, want we gaan terug naar hoe het vroeger was. Omdat een paar gemeenten of wat dan ook nog niet helemaal klaar zijn, moeten de gemeenten die al wel klaar zijn en er heel veel effort in hebben gestoken, terug naar vroeger? Dat is echt onverantwoord. Dat kun je echt bestuurlijk niet maken. Daar ga ik echt voor liggen. Dat ga ik niet doen. Ik wil echt in oktober helderheid over het KB. Als die helderheid niet komt, ga ik zelf zeggen dat het niet verantwoord is per 1 januari. Ik zal in die brief ook uitlijnen waarom dat nodig is en welke kritiekepadplanning daar wel degelijk moet worden gevolgd.

Kamerstukken I 2021-2022, nr. XXX, item XXX, blz. 47

Mevrouw Klip-Martin (VVD):

Een korte vraag aan de minister, ter afronding misschien. Hij heeft het over een brief. Daar zijn de leden van de VVD-fractie in ieder geval erg blij mee. Lukt het u om die brief uiterlijk aanstaande vrijdag aan ons te sturen?

Minister De Jonge:

We gaan ons uiterste best doen, hoor ik naast mij.



Historie