Debat over het belastingpakket voor 2022



De Eerste Kamer debatteerde maandag 13 en dinsdag 14 december met de twee staatssecretarissen van Financiën, Van Huffelen (Toeslagen en Douane) en Vijlbrief (Fiscaliteit en Belastingdienst), over vijf wetsvoorstellen waaronder het Belastingplan voor 2022. De Kamer stemt dinsdag 21 december tijdens haar laatste vergaderdag van dit jaar over de wetsvoorstellen en de zes ingediende moties.

Het Belastingplan 2022 bevat fiscale maatregelen die per 1 januari 2022 budgettair effect hebben, zoals maatregelen die raken aan de koopkracht van burgers. Het wetsvoorstel kent budgettaire samenhang: de opbrengst van bepaalde maatregelen wordt gebruikt als dekking voor andere maatregelen. De Kamer sprak verder nog over vier andere verwante wetsvoorstellen: een voorstel met overige fiscale maatregelen, de implementatie van een belastingplichtmaatregel om belastingontwijking tegen te gaan, een voorstel om mismatches tegen te gaan bij toepassing van het zakelijkheidsbeginsel en het voorstel tot intrekking van de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK).

In het debat kwam een veelheid aan onderwerpen aan de orde. Zo sprak de Kamer sprak onder andere over de aanpak van belastingontwijking, hervorming van het belasting- en toeslagenstelsel, de marginale druk - dat wil zeggen het deel van de stijging van het bruto-inkomen dat niet leidt tot meer besteedbaar inkomen -, de gevolgen van de sterk stijgende inflatie, de compensatie voor de gestegen energielasten, maar ook over de moraal bij de Belastingdienst. Ook is uitgebreid gesproken over de stand van zaken in de hersteloperatie van de toeslagenaffaire.

Moties

Er zijn zes moties ingediend:

  • Een motie-Otten die de regering verzoekt voor belasting- en toeslagenzaken met onmiddellijke ingang geen gebruik meer te maken van de huidige Landsadvocaat, het bureau Pels Rijcken. De senator overwoog daarbij dat de belastingdienst alleen gebruik moet maken van een advocatenkantoor dat niet besmet is door een grote fraudezaak. Deze motie is door staatssecretaris Vijlbrief ontraden.
  • Een motie-Vendrik die de regering verzoekt deze week een voorstel naar het parlement te sturen waarin de verlenging van de eerste schijf vennootschapsbelasting per 1 januari 2022 ongedaan wordt gemaakt. De senator overwoog daarbij dat de verlenging van de eerste schijf vennootschapsbelasting aanmoedigt tot het aangaan van constructies ten einde afdracht van winstbelasting te verminderen. Staatssecretaris Vijlbrief ontraadde de motie.
  • Een motie-Prast die de regering verzoekt om zo snel mogelijk een einde te maken aan het op basis van fictief rendement belasten van vermogen dat als spaargeld wordt aangehouden. De senator overweegt daarbij onder andere dat continuering van het fictief rendement zich slecht verhoudt tot het beleid op het gebied van bescherming van de financiële consument. Deze motie is door staatssecretaris Vijlbrief ontraden.
  • Een motie-Van Rooijen die de regering verzoekt om via de bestaande koopkrachttegemoetkoming AOW in 2022 een eenmalige uitkering van 200 euro aan AOW-gerechtigden uit te betalen. De senator overweegt daarbij onder andere dat de inflatie in 2021 aanzienlijk hoger uitkomt dan de in de Macro-Economische Verkenningen van september geraamde inflatie van 1,9%. Ook deze motie is door staatssecretaris Vijlbrief ontraden.
  • Een motie-Van der Linden die de regering verzoekt om op basis van brede samenwerking met beide Kamers, onderzoeksinstituten en externe specialisten intensief samen te werken aan een ambitieus, transparant en stapsgewijs plan om ons stelsel van sociale zekerheid en belastingen de komende jaren significant te vereenvoudigen, met als uitgangspunten ten opzichte van het heden: aanvaardbare marginale druk, aanvaardbare budgettaire effecten, aanvaardbare inkomenseffecten en aanvaardbare arbeidsaanbodeffecten. Staatssecretaris Vijlbrief vroeg de indiener de motie aan te houden in afwachting van het regeerakkoord.
  • Een motie-Otten die de regering verzoekt uitvoering te geven aan de eerder aangenomen motie over een studie naar de toekomst van het belastingstelsel en de bedoelde studie uiterlijk 1 juli 2022 aan de Eerste Kamer te verstrekken. De senator overweegt daarbij dat Nederland zeer dringend behoefte heeft aan een eenvoudiger en transparanter belastingstelsel dat duidelijkheid verschaft aan belastingbetalers, de economische dynamiek en groei kan vergroten en dat leidt tot minder complexiteit in de uitvoering. Ook bij deze motie vroeg staatssecretaris Vijlbrief de indiener de motie aan te houden in afwachting van het regeerakkoord.

Impressie van het debat

Senator Vendrik (GroenLinks) zei dat het huidige belastingstelsel niet groen genoeg is en belastingontwijking faciliteert. Beleggers hebben vrij spel en daarnaast is er een ongekende fraudejacht bij de toeslagen. Vendrik noemde dit de erfenis van drie kabinetten-Rutte. Hij hield een pleidooi voor een diepe hervorming van het stelsel. Hij vroeg staatssecretaris Vijlbrief naar de rol van het stelsel moet zijn bij het investeringsklimaat. Ook wilde hij weten hoe de staatssecretaris denkt over de discussie over de moraal van de belastingdienst. De oplopende inflatie gaat harder dan verwacht. Wat is laatste stand van zaken om teruglopende koopkracht te compenseren, vroeg Vendrik. Hij was kritisch over de rechtstreekse compensatie voor de gestegen energielasten via de energierekening. Die komt te weinig bij de mensen die het echt nodig hebben, aldus Vendrik. Tot slot vroeg hij een heroverweging van de verlenging van het verlaagde tarief van de vennootschapsbelasting. Hij riep de staatssecretaris in een motie op met een wijziging van het wetsvoorstel (een novelle) te komen.

Senator Van Apeldoorn (SP) vroeg hoe het kabinet het zich in het hoofd haalt om in 'driedubbele demissionaire status' alsnog overweegt tot een afschaffing van de dividendbelasting te komen. Kennelijk was de staatssecretaris bereid zich te laten gijzelen door een bedrijf dat zijn vertrek uit Nederland aankondigde, aldus Van Apeldoorn. Hij noemde het een stap in goede richting dat de winstbelasting iets omhooggaat. Ook hij vroeg de staatssecretaris om een novelle over de verlengde verlaging van de vennootschapsbelasting. Er is volgens de SP-senator nog veel werk te verzetten tegen belastingontwijking. Belastingen moeten eerlijk zijn, ze zijn een belangrijk instrument om tot een gelijke verdeling te komen. Het huidige stelsel schiet nog tekort, aldus Van Apeldoorn. Over de toeslagenaffaire wilde hij weten hoe staatssecretaris Van Huffelen denkt dat het in de volgende coalitie wel goed zal gaan met de hersteloperatie. Er moet een einde komen aan het rondpompen van het geld waardoor alle ellende is ontstaan, vindt Van Apeldoorn, die tot slot stelde dat wat de SP betreft alle kinderen recht hebben op vier dagen opvang.

Senator Van Strien (PVV) vroeg aan staatssecretaris Van Huffelen naar een tijdschema voor de hersteloperatie van de toeslagenaffaire. Sinds 2017 is dit bekend en het wordt alleen maar ingewikkelder. Kan zij duidelijkheid verschaffen, aldus Van Strien. Hij vroeg verder wanneer de problemen met box 3 worden aangepakt. De regeling van het belasten van spaargeld en overig vermogen in box 3 van de inkomstenbelasting op stelselniveau is in strijd met het recht van eigendom en het gelijkheidsbeginsel in het EVRM, en heeft nogal wat stof doen opwaaien. Volgens Van Strien wordt de belastingbetaler in box 3 'gewoon getild'. Ook hekelde hij dat het belastingvoordeel voor elektrische auto's is verlengd. Uit CBS-cijfers blijkt dat het energieverbruik stijgt door waterpompen en auto's; voornamelijk energie die volgens de PVV-senator wordt opgewekt met kolen. De Tesla van de linkse elite rijdt dus op kolen, zei Van Strien. Tot besluit wees Van Strien erop dat in de grensregio benzinepompen zijn opgedoekt, omdat het prijsverschil met Duitsland en Belgie is opgelopen tot 30 cent per liter. Hoe men ook zijn best doet in de grensstreek, de winkelleegstand is veel hoger dan in de rest van Nederland. Een kabinet dat miljarden aan klimaat uitgeeft kan zich niet verschuilen achter zijn demissionaire status om hieraan niets te doen, aldus Van Strien.

Senator Prast (PvdD) zei dat de brede welvaart in Nederland is gediend met het verbeteren van uitvoeringsorganisaties en het stimuleren van ouderschapsverlof. Volgens haar is daarom het bevriezen van de kinderbijslag onaanvaardbaar. Ook zij maakte zich zorgen om het spaargeld in box 3. Het gebruik van fictief rendement stimuleert het nemen van risico met spaargeld. Niet alleen worden mensen met meer dan €50.000 spaargeld op de bank financieel gestraft. Ook zijn er genoeg gewone mensen die geld opzij hebben gezet om een tegenslag op te kunnen ontvangen. Ze vroeg om een toezegging dat het fictief rendement wordt afgeschaft, of stopgezet, zolang de rente op spaargeld lager is dan door kabinet is vastgesteld. De PvdD wil verder de lage prijs van vlees terugzien in een slachttaks. Ze vroeg of de staatssecretaris bereid is het fiscale instrument in te zetten om megastallen te ontmoedigen. Ook wilde Prast weten waarom er geen btw op vliegen en varen is, terwijl er wel btw is op het openbaar vervoer op land. Ook vroeg zij of het klopt dat KLM uitstel van belastingbetaling heeft gekregen. Ze vroeg hoe lang het uitstel was en hoe de staatssecretaris aankijkt tegen de dubbelrol van de Nederlandse staat als aandeelhouder enerzijds en als belastinginner anderzijds. Prast sloot af met een oproep aan de koning om royaal te zijn en af te zien van subsidies zolang hij belastingvrijstelling geniet.

Senator Van Rooijen (50PLUS) zei dat het fiscale beleid grote gevolgen heeft voor gepensioneerden. Er heeft de afgelopen jaren geen indexatie van de pensioenen plaatsgevonden: geen indexatie is volgens Van Rooijen al erg bij de lage inflatie van de afgelopen jaren, maar is vreselijk bij de gestegen inflatie van de afgelopen maanden. Omdat het kabinet demissionair is, zijn geen beleidsmaatregelen voorgesteld, en dus ook niet voor AOW'ers. De koopkracht van iedereen daalt, maar van gepensioneerden het hardst. Hun koopkracht is nu al in de min, zonder dat de inflatie is meegenomen, stelde Van Rooijen. Gepensioneerden delen volgens hem niet in de groei van de economie. 50PLUS blijft knokken voor volledige koppeling van de AOW aan het minimumloon. Verder vroeg hij de mening van staatssecretaris Vijlbrief om de AOW te verhogen met 2% of met 300 euro per jaar. Tot slot vroeg Van Rooijen aandacht voor fiscale leeftijdsdiscriminatie: alleen de AOW'ers zelf betalen AOW-premie. Werknemers betalen bijvoorbeeld geen zorgpremie, dat wordt door de werkgever betaald. Dat zijn dus voordelen voor werkenden. AOW'ers moeten dit allemaal wel zelf betalen: vandaar fiscale leeftijdsdiscriminatie, zo stelde Van Rooijen.

Senator Essers noemde het zorgelijk dat de verhouding tussen het departement van Financiën en de belastingdienst onder druk staat. Over de stijgende inflatie vroeg hij wat wordt gedaan aan de koopkracht van mensen met een klein inkomen. Het door het kabinet aangehouden wetsvoorstel Excessief lenen noemde hij een voorbeeld van pappen en nathouden, van symptoombestrijding. Ten aanzien van de aanpassingen tussen de boxen zei Essers dat het duidelijk is dat je er niet bent met een aanpassing van de tarieven maar dat veel ingrijpender aanpassingen nodig zijn. Ook het fiscale regime voor de eigen woning is volgens hem toe aan een grondige herziening. Over de toeslagenaffaire zei hij dat het volgens het CDA efficiënter zou zijn eerst de gedupeerde ouders volledig compenseren en daarna de andere categorieën die de staatssecretaris ook wil compenseren. Naar aanleiding van de intrekking van de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK) wilde Essers weten in hoeverre het aannemelijk is dat de Europese Commissie deze regeling zou hebben aangemerkt als staatssteun. Dat is belangrijk om te weten met het oog op toekomstige voorstellen op dit terrein. Hij vroeg de staatssecretarissen verder om te reflecteren op de rol van de belastingdienst. Tot besluit bepleitte Essers de terugkeer van de belastinginspecteurs.

Volgens senator Crone (PvdA) betalen de hoogste inkomens te weinig belasting. Hij was benieuwd of het nieuwe kabinet de armoede gaat bestrijden. Om meer mensen aan het werk te hebben, juist ook in de huidige krappe arbeidsmarkt, moet de marginale druk voor middeninkomens omlaag. Mensen zijn nu meestal meer dan de helft tot 60% en uitschieters naar 70 tot 80% van het extra verdiende geld kwijt door marginale tarieven en afbouw van toeslagen. Hij vroeg de staatssecretaris om ook van de hogere inkomens een marginaal tarief van 60% te vragen. De energiecompensatie noemde hij onvolledig en scheef. Verder pleitte hij voor het rechttrekken van de koopkracht van ouderen. Crone wees op het bestaan van vermogensongelijkheid. Hij sloot zich aan bij de kritiek op de vermogensrendementsheffing in box 3. Tot besluit sloot hij zich aan bij de kritiek van senator Vendrik op de verlenging van het verlaagde tarief van de vennootschapsbelasting. Crone vroeg staatssecretaris Vijlbrief eveneens om een novelle in te dienen.

Senator Van der Voort (D66) was verheugd met het besluit van de regering op de klimaattop in Glasgow om te stoppen met investeringen in fossiele brandstoffen. Hij vroeg de staatssecretaris of daarvoor nog aanvullende fiscale wetgeving nodig is. Ten aanzien van de situatie van ondernemers zei Van der Voort dat die dagelijks de gevolgen van de coronacrisis ervaren: de terugbetaling van ontvangen steun uit regelingen en uitstel van belasting. Hij vroeg hoe het kabinet gaat regelen dat dit goed wordt afgehandeld met oog voor kleine ondernemers en zzp'ers, zodat mensen weer vertrouwen krijgen in de belastingdienst. Over de toeslagenaffaire zei hij dat hoewel er al veel gedaan is, er nog steeds veel moet gebeuren. Van der Voort noemde de indiening en de daar op volgende intrekking van de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK) geen fraai proces. Had dat niet beter vooraf gesondeerd geworden, vroeg hij de staatssecretaris. Tot slot wilde de D66-senator weten of er ondernemers de dupe zijn geworden of zijn zij op tijd geïnformeerd over intrekking van de BIK.

Senator Ester (ChristenUnie) zei dat voor zijn fractie het principe van verdelende rechtvaardigheid leidend is, met speciale aandacht voor minderbedeelde, kwetsbare groepen. Volgens Ester is het beeld van een barmhartige overheid echter aan duigen. De ChristenUnie heeft behoefte aan een antwoord op de vraag wanneer de grootste ellende achter de rug is. Aan welke resultaatsverplichting voelt de staatssecretaris zich verbonden, vroeg hij. Biedt het belastingplan 2022 überhaupt verlichting voor eenverdieners? Volgens Ester is het niet verhogen van de accijns op tabak in strijd met het streven naar een rookvrije generatie. Hij stelde vast dat de ongelijkheden vooral aan de vermogenskant zitten en wilde weten wat het kabinet heeft gedaan om de vermogensongelijkheid te beteugelen. Belastingontwijking blijft een uitermate kwalijk fenomeen, aldus Ester. Hij wees op de relatie tussen fiscaliteit en ethiek: belastingadviseurs zijn volgens hem voortdurend op zoek naar mazen in de wet en zo worden de sluizen naar belastingparadijzen opengezet. Hij vroeg staatssecretaris Vijlbrief hoe die oordeelt over het zelfreinigend vermogen van de fiscale adviespraktijk. Moeten we niet toe naar een gedragscode voor die sector zoals die er ook is voor de bankensector, aldus Ester.

Senator Frentrop (FVD) zei dat er nog steeds geen echt belastingplan voorligt. Dit fiscale pakket is vooral pleisterwerk. Volgens Frentrop is het Nederlandse belastingstelsel kapot. Hij had dan ook geen nadere vragen aan de twee staatssecretarissen. Wel sloot hij zich aan bij de vragen van senator Essers over de Belastingdienst: komt het nog goed en wanneer?

Senator Geerdink (VVD) had veel vragen over de uitvoeringscapaciteit van de Belastingdienst. Wetgeving betekent ook een toename van de administratieve lasten voor ondernemers, zei zij. De wens van de Kamer om het doenvermogen van belastingplichtigen te versterken, heeft in dit pakket geleid tot slechts één A4 met een doenvermogentoets. Volgens Geerdink is de betrouwbaarheid van de overheid door intrekking van de Baangerelateerde Investeringskorting verder afgenomen. Niet alleen de Belastingdienst vraagt om rust om veranderingen vanuit de Europese Unie bij te benen, het bedrijfsleven ook. Nederland is geen belastingparadijs, aldus Geerdink. Er is maar één stelregel die voor ogen gehouden moet worden: de belastingdruk moet in Nederland een neutrale basis hebben en niet leiden tot een belastingvlucht van bedrijven naar het buitenland. Naar aanleiding van de discussie over de dubbele pettendiscussie van belastingadviseurs zei Geerdink dat die discussie al te lang duurt zonder dat er maatregelen worden genomen. Ze stelde voor om naar het voorbeeld van de Engelse Chartered Institute of Taxation de kwaliteit van de fiscale beroepsbeoefenaren op neutrale wijze centraal te stellen. Samenwerken van fiscalisten kan ook goed zijn. Ze vroeg de staatssecretaris welke rol hij voor zich ziet in deze discussie: grijpt u in of laat u het over aan de sector zelf?

Senator Raven (OSF) hield zijn bijdrage vooral over datgene wat niet in het Belastingplan staat, maar wel belangrijk is voor gemeenten en provincies. Er zijn bijvoorbeeld gemeenten die geen differentiatie kunnen aanbrengen in de OZB van bedrijven. Ook in dit Belastingplan is er geen oplossing voor dat probleem. Een tweede probleem waarmee gemeenten in toenemende mate worden geconfronteerd, is volgens Raven dat gemeenten last hebben van de no-cure-no-pay bedrijven die jaarlijks grote aantallen bezwaren tegen de WOZ-waarde indienen en daarbij vaak ook gelijk krijgen van de rechter. Hij riep de staatssecretarissen op om hier aandacht aan te besteden en een toezegging dat er een oplossing komt voor de inkomsten die gemeenten hierdoor mislopen.

Senator Van der Linden (Fractie-Nanninga) zei de overheid is al langer de grootste werkgever van Nederland, maar het midden- en kleinbedrijf (mkb) is daarentegen de motor van de Nederlandse economie. Die verhouding moet anders, volgens Van der Linden. Hij pleit voor een kleine overheid als uitgangspunt van beleid. De komende jaren moeten en kunnen knopen worden doorgehakt ten aanzien van verlagen van de belastingdruk, aldus Van der Linden. De marginale druk ontwikkelt zich ongunstig. Hij vroeg de staatssecretarissen hoe zij de vereenvoudiging van het toeslagenstelsel zien aan de vooravond van een nieuw kabinet begint. Over het btw-tarief op groenten en fruit zei Van der Linden dat dat zo laag mogelijk zou moeten zijn. Hij is blij dat in Europa nu is afgesproken dat het laagste tarief 0% kan zijn en dat er een mogelijkheid komt om twee tarieven naast elkaar te laten bestaan. Van der Linden bepleitte tot slot een toekomstscenario waar zoveel mogelijk partijen samenwerken voor een zo eenvoudig mogelijk belasting- en toeslagenstelsel. Wanneer men er in het regeerakkoord niet uitkomt, zou het van een nieuwe bestuurscultuur en nieuw elan getuigen als de Tweede Kamer, met misschien hulp van de Eerste Kamer, zelf het heft in handen neemt en probeert om, ondanks alle politieke tegenstellingen, daadwerkelijk de komende jaren tot een doorbraak te komen, aldus Van der Linden.

Senator Schalk (SGP) zei dat de hoge energieprijzen, de schaarste aan artikelen en het tekort aan bouwproducten drie elementen zijn die de prijzen opdrijven en daarmee de hoge inflatie mede bewerkstelligen. We maken ons terecht zorgen om armoede, aldus Schalk. Het blijkt dat eenverdieners bijvoorbeeld zes keer zo veel kans hebben om in armoede te vervallen als tweeverdienersgezinnen. Hij vroeg de staatssecretaris of het klopt dat dit risico voor eenverdienersgezinnen mede is ontstaan door het belastingstelsel. Schalk gaf drie opties om dit tij te keren: bevriezen van de afbouw van de overdraagbare algemene heffingskorting, intrekken van het wetsvoorstel over de bevriezing van de indexatie op kinderbijslag in en iets substantieels doen voor eenverdieners aan de onderkant van het loongebouw.

Senator Otten (Fractie-Otten) zei dat de Europese Unie de Baangerelateerde Investeringskorting niet zag zitten 'en zo schoot het kabinet een bok met de BIK'. Over de stijgende inflatie zei Otten dat ieders geld minder waard wordt en ook dat ieders koopkracht minder wordt. Volgens hem resulteert dit Belastingplan in een forse koopkrachtdaling voor heel veel Nederlanders. Het is de hoogste tijd om ons bestuurlijke landschap op te schonen en te hervormen. Minder complex, meer transparant en duidelijk over wie waarvoor verantwoordelijk is, aldus Otten. Hij mist in het Belastingplan verder een vrijstelling voor erfbelasting tot een bepaald bedrag. Daarmee stimuleer je volgens hem de solidariteit tussen de generaties. Naar aanleiding van de toeslagenaffaire riep hij de staatssecretarissen op om geen gebruik meer te maken van landsadvocaat Pels Rijcken voor belasting- en toeslagenzaken. Hij wees erop dat dit al in een motie van Pieter Omtzigt stond die het in de Tweede Kamer net niet haalde. Otten diende daarom een vergelijkbare motie in de Eerste Kamer in omdat hij verwacht dat een dergelijke motie daar wel op een meerderheid zou kunnen rekenen.

Beantwoording door Van Huffelen en Vijlbrief

Staatssecretaris Vijlbrief van Fiscaliteit en Belastingdienst schetste vier dilemma's in het debat. Volgens hem zitten dezelfde dilemma's in de fiscaliteit en in de economie. Zo is er het probleem van complexiteit en precisie aan ene kant, en uitvoering aan de andere kant. Daarnaast is er het dilemma van enerzijds een goed vestigingsklimaat en anderzijds het tegengaan van belastingontwijking. Ook zag hij een dilemma in de marginale wiggen in belastingstelsel in relatie tot gericht beleid. Ten slotte zag Vijlbrief een dilemma met betrekking tot de noodzaak tot vergroening en armoede als gevolg van de kosten van energiemaatregelen.

Over het dilemma met betrekking tot belastingontwijking en vestigingsklimaat zei Vijlbrief dat Nederland weg wil uit het verkeerde lijstje, zoals dat van de belastingontwijking. Terugkijken op het proces van de Baangerelateerde Investeringskorting (BIK) zei hij dat het anders had gemoeten. Hij verdedigde verder de gekozen vorm van de reparatie van de gestegen energiekosten: verlaging van belasting op elektriciteit. Voor deze vorm is gekozen om zo de onderkant van de samenleving te helpen. Het beeld dat dat niet zo is, klopt volgens Vijlbrief niet.

Staatssecretaris Van Huffelen van Toeslagen en Douane zei dat inmiddels zo'n 50.000 mensen zich als slachtoffer voor compensatie hebben gemeld, bij 40.000 van hen is al de toets uitgevoerd en 23.000 van hen bleken daadwerkelijk gedupeerd. Het kabinet wil nu ook de partners en kinderen compenseren, dus niet alleen degenen die de toeslag destijds hebben aangevraagd. Ook is het belangrijk om aan het emotioneel herstel veel meer aandacht te geven, zei Van Huffelen. De kern is dat het proces zorgvuldig, transparant en persoonlijk verloopt.



Deel dit item: