Eerste Kamer verwerpt Elektriciteits- en gaswet



De Eerste Kamer heeft op dinsdag 22 december na een debat met minister Kamp (Economische Zaken) de Elektriciteits- en gaswet verworpen, met 1 stem verschil. De fracties van ChristenUnie, CDA, PvdD, 50PLUS, OSF, SP en PVV stemden tegen. De fracties van SGP,VVD, PvdA, GroenLinks en D66 stemden voor.

De Elektriciteits- en gaswet is onderdeel van de wetgevingsagenda STROOM. Met het voorstel wordt uitvoering gegeven aan het Energieakkoord en worden verdere stappen gezet op de weg naar een transparante, concurrerende en duurzame energiehuishouding in 2050, de energietransitie.

Tijdens het debat dienden senator Meijer (SP) en senator Flierman (CDA) een motie in, die de regering verzoekt de bepalingen rondom splitsing niet in werking te laten treden tot op het moment dat de EU dit als verplichting aan de lidstaten oplegt. Minister Kamp gaf aan dat het intrekken van het groepsverbod onwenselijk is, gezien het grote belang van het bewaren van onafhankelijkheid van de netten. Ook is dit niet in lijn met een recente uitspraak van de Hoge Raad. Als de motie wordt aangenomen, is de minister niet bereid om de bepalingen over het groepsverbod buiten werking te laten. De minister stelde ook dat bij verwerping van het wetsvoorstel het groepsverbod in stand blijft. In dat geval kan TenneT niet aangewezen  worden als netbeheer en moet er een nieuw wetsvoorstel gemaakt worden voor wind op zee. Dit betekent minimaal een half jaar vertraging. De doelstelling van 14 procent duurzame energie in 2020 kan dan niet meer worden gehaald. Een andere optie is dat de twee windparken tegelijkertijd worden geplaatst. Dit brengt volgens minister Kamp echter grote risico's met zich en komt de kwaliteit niet ten goede.

De motie Meijer en Flierman c.s. werd aangenomen, met steun van de fracties van ChristenUnie, CDA, GroenLinks, PvdD, 50PLUS, OSF, SP en PVV. De minister gaf hierop desgevraagd  aan dat hij de motie niet zal uitvoeren. Senator Meijer gaf - namens de fracties die de motie hebben ondersteund , met uitzondering van GroenLinks - aan dat zij om deze reden tegen het wetsvoorstel stemmen.  Senator Vos noemde het buitengewoon teleurstellend dat de minister het groepsverbod in stand houdt. Een tegenstem tegen de wet zou betekenen dat wind op zee ernstig wordt vertraagd en het groepsverbod onverminderd blijft gelden. Om die reden stemt de GroenLinks-fractie voor het wetsvoorstel.

Heroverweging

Senator Flierman (CDA) gaf aan dat zijn fractie de bepalingen over het net op zee steunt, maar geen toegevoegde waarde ziet in de verkabeling (het onder de grond brengen van hoogspanningskabels). Verder vroeg de senator of de minister de ACM wil vragen om samen met betrokkenen kritisch naar de termijnen voor handhaving kijken. Flierman merkte op dat het groepsverbod uit de Wet Onafhankelijk Netbeheer niet heeft geleid tot een level playing field . Een heroverweging van het groepsverbod is volgens Flierman dan ook op zijn plaats. Hij betoogde dat de Nederlandse markt al sterk is geliberaliseerd en steeds nieuwe toetreders verwelkomt. De senator vroeg de minister om de verplichte splitsing ofwel via een novelle te regelen, ofwel de desbetreffende bepalingen buiten werking te laten.          

Ook senator Van Rooijen (50PLUS) vroeg de minister om de verplichte splitsing te heroverwegen. Hij betoogde dat het onderwerp Windenergie op zee veel effect heeft op de werkgelegenheid in Zeeland. De verplichte splitsing zorgt voor veel banenverlies bij Delta en Eneco. Van Rooijen haalde aan dat er bij het Belastingplan ook een novelle is ingediend om aan bezwaren uit de Eerste Kamer tegemoet te komen.

Splitsing is onnodig

Senator Meijer (SP) sprak in haar bijdrage mede namens de fractie van de Partij voor de Dieren. Zij stelde dat het onderwerp van de gedwongen splitsing beslissend is voor het al dan niet aanvaarden van het wetsvoorstel. Meijer betoogde dat Nederland tot op de dag van vandaag het enige land is dat de splitsing op deze wijze heeft doorgevoerd. Dit heeft volgens de senator niet bijgedragen aan de leveringszekerheid en concurrentiebevordering. Ook is splitsing niet nodig om het netbeheer veilig te stellen. Verder stelde senator Meijer dat een gedwongen splitsing zal zorgen voor veel baanverlies. Ook komt de bijdrage die Eneco en Delta hebben geleverd aan de energietransitie te vervallen.

Wetsvoorstel is nodig

Senator Pijlman (D66) betoogde dat het wetsvoorstel nodig is om een forse verhoging van duurzame energie op te starten. Pijlman stelde dat Nederland er jaren geleden voor heeft gekozen om de energie-infrastructuur te beschermen tegen commerciële activiteiten. Hij betoogde dat het debat draait om de vraag of wij een level playing field in Europa of in Nederland nastreven. Een staat die zwalkend beleid vertoont, roept volgens de senator automatisch risico's op. Pijlman stelde dat zijn fractie begrip heeft voor het standpunt van Eneco en Delta dat de splitsing voor hen een forse aderlating betekent en in zekere zin onnodig is aangezien er al veel activiteiten zijn gescheiden. Hij betoogde echter ook dat zijn fractie er geen voorstander van is dat de discussie over de splitsing er aan in de weg staat dat de duurzaamheidsdoelstelling van Wind op zee wordt vertraagd. Pijlman: "Dat is het ons absoluut niet waard." Pijlman betoogde dat de onafhankelijkheid van de netten van groot belang is. Het zou onverstandig zijn om deze zekerheid plotseling te laten vallen. Verder vroeg de senator hoe de kosten voor de verkabeling worden verdeeld en of de minister wil toezeggen dat de toekomst van Borssele in nauw overleg met het parlement tot stand komt.

Voorwaarde voor innovatie

Senator Huijbregts-Schiedon (VVD) stelde dat het wetsvoorstel van belang is om nieuwe innovatieve ontwikkelingen op het gebied van energieopwekking te stimuleren. Zij betoogde dat haar fractie het streven om dit wetsvoorstel per 1 januari in werking te laten treden, steunt. Wel plaatste zij kanttekening bij de overgangstermijn die bedrijven wordt gegund om hun activiteiten om te bouwen of om te zetten. Volgens Huijbregts-Schiedon is de infrastructuur ten behoeve van winenergie op zee een belangrijk onderdeel van het wetsvoorstel. De discussie over de splitsing is volgens de senator een herhaling van de discussie die hierover in 2006 is gevoerd. Een onafhankelijk netbeheer is volgens Huijbregts-Schiedon een noodzakelijke voorwaarde voor vernieuwing. Wel is het te betreuren dat de splitsing leidt tot verlies van werkgelegenheid. Zij juichte toe dat de provincie, de minister en de commissie-Balkenende zich gaan buigen over voorstellen voor werkgelegenheid in Zeeland.

Grote hindermacht                      

Senator Vos (GroenLinks) betoogde dat het groepsverbod een grote hindermacht is voor de concurrerende economie die de transitie naar een duurzame energiehuishouding optimaal ondersteunt. Dat de stap moet worden gezet richting meer windenergie op zee, staat volgens Vos als een paal boven water. Zij stelde wel vragen over de kostenverdeling voor de verkabeling. Over het groepsverbod merkte de senator op dat GroenLinks dit in het verleden heeft gesteund omdat liberalisering en privatisering de borging van het publieke karakter van de netten noodzakelijk maakte. Sindsdien is volgens de senator duidelijk geworden dat distributienetten volledig beschermd zijn. Bovendien staat splitsing haaks op de inzichten dat energievoorziening gebaat is bij integratie van levering en distributie. De senator vroeg waarom het groepsverbod nodig is en deed een dringend beroep op de minister om de bepalingen over de splitsing niet in werking te laten treden.

Onnodig en disproportioneel

Senator Ester (ChristenUnie) betoogde dat de koppeling van onderwerpen (windenergie en verplichte splitsing) een aantal fracties voor een heus dilemma plaatst. Het aannemen van de wet is belangrijk om investeerders in wind op zee zekerheid te geven. Hij vroeg of het mogelijk is dat de eerste tender al van start gaat voordat de wet van kracht is geworden. De senator gaf aan dat zijn fractie ten volle steunt dat TenneT de verantwoordelijkheid krijgt voor de aanleg en het beheer van de netinfrastructuur die nodig is voor windparken op zee. Het groepsverbod is voor de senator een brug te ver. In geen enkele andere EU-lidstaat is splitsing verplicht. Er zijn volgens Ester geen goede argumenten om dit voort te zetten: het is onnodig en disproportioneel. De senator betoogde dat vele honderden mensen hun baan zullen verliezen door de splitsing. Ook stelde hij dat er nog te weinig duidelijkheid is over wat dit betekent voor het beheer van de kerncentrales. Tot slot merkte de senator op dat hij betreurt dat de minister geen gebruik heeft gemaakt van de aanbevelingen uit het Parlementair Onderzoek naar Privatisering/Verzelfstandiging Overheidsdiensten.        

Publieke infrastructuur beschermen

Senator Verheijen (PvdA) gaf aan dat zijn fractie de sturende rol van de overheid om de overgang naar een duurzame energiehuishouding mogelijk te maken. Hij merkte op dat er breed zorgen leven over de positie van Delta en Eneco. Het veiligstellen van de publieke infrastructuur in een hoog-dynamische concurrerende energiemarkt is volgens de senator echter van groot belang. Verheijen vroeg aan de minister hoe er in de verschillende beleidsnota's aandacht wordt besteed aan de evaluatie van het energie-akkoord en de klimaatafspraken in Parijs. Hij vroeg de minister ook om pas te starten met het toekennen van kavels als het nationale waterplan is afgerond en het kosten-batenonderzoek is onderbouwd.

Vraagtekens bij klimaatverandering

Senator Dercksen (PVV) stelde dat windenergie op zee erg veel subsidie nodig heeft en relatief weinig extra banen oplevert. Windmolens op zee dragen bovendien weinig bij aan onze nationale energievoorziening. De senator uitte scepsis over de huidige klimaatdreigingen. Hier is binnen de wetenschap onvoldoende consensus over. Dercksen acht niet bewezen dat de temperatuur wereldwijd zal stijgen. Er is volgens de senator een groep wetenschappers die bestrijdt dat de temperatuur zal stijgen. Deze groep wordt echter onterecht geëxcommuniceerd. Over het groepsverbod merkte de senator op dat er een aantal misvattingen waren op basis waarvan de Wet Onafhankelijke Netbeheer in 2006 is aangenomen. De senator betwistte dat er grote claims worden ingediend als de verplichte splitsing wordt opgeheven. De speciale commissie die in het leven is geroepen om te kijken naar een banenplan voor Zeeland zal volgens Dercksen weinig opleveren.

Inhalen van de achterstand

Senator Ten Hoeve (OSF) betoogde dat het van groot belang is dat het wetsvoorstel wordt aanvaard, zodat de gunning van windparken door kan gaan. Hij juichte toe dat er voortvarend te werk wordt gegaan met inhalen van de achterstand van grootschalig gebruik van windenergie. De senator stelde echter grote vraagtekens bij de verplichte splitsing. De senator vroeg de minister wat er gebeurt met de positie van netbeheerders Alliander en Enexis en productie- en leveringsbedrijf Delta als de gedwongen splitsing wordt opgeheven.

Overgang naar duurzame energie

Minister Kamp (Economische Zaken) betoogde dat de overgang nar duurzame energievoorziening groot en risicovol is. Hier moet een hele nieuwe infrastructuur voor worden opgebouwd. Consistentie in overheidsbeleid is daarbij van groot belang. Er is weliswaar nog veel fossiele energie beschikbaar, maar het onverminderd gebruiken hiervan leidt aantoonbaar tot schadelijke milieueffecten.

Over de verkabeling merkte de minister op dat hier weliswaar geen directe gezondheidsredenen voor zijn, maar dat er wel door omwonenden veelvuldig geklaagd over hoogspanningskabels in de nabijheid van woningen. Volgens Kamp is de regeling een grote tegemoetkoming aan gemeenten. Driekwart van de kosten voor verkabeling worden door de nationale overheid gedragen. Een kwart van de kosten wordt door gemeenten gedragen. In de zomer van 2016 komt de minister met een algemene maatregel van bestuur die het mogelijk maakt om hier bij zeer kleine of grote gemeentes vanaf te wijken.  

Over het beheer van de netten merkte de minister op dat zij de basis vormen van de hele energievoorziening. De kwaliteit van de netten moet dan ook door de overheid kunnen worden gegarandeerd. De minister betoogde dat de Hoge Raad al een uitspraak heeft gedaan voor de gevolgen van het groepsverbod voor Eneco en Delta. De onafhankelijk toezichthouder ACM bekijkt in hoeverre dit wordt nageleefd. De minister gaf aan dat hij in dit proces niet wil interfereren. De minister stelde ook dat het huidige systeem van splitsing van netten en beheer in Nederland erg goed functioneert en dat hij geen reden ziet om dit te wijzigen. Het gaat volgens Kamp niet om het invoeren van een groepsverbod maar om het in stand houden ervan.

Kamp betoogde verder dat er een krappe planning is voor de tender van de windparken. Als het wetsvoorstel niet voor 2016 wordt aanvaard, komt deze planning ernstig in het gedrang. Het is volgens de minister niet mogelijk om de tender te openen voordat het wetsvoorstel is afgehandeld. Dit zou bovendien onzekerheid met zich brengen. Het groepsverbod is volgens Kamp onderdeel van een bestaande wet die overgenomen wordt. De kosten voor het schrappen hiervan mag niet ten laste komen van burgers en bedrijven. Als het wetsvoorstel niet door de Eerste Kamer wordt aangenomen, ontstaat er volgens de minister een zeer moeizame situatie die mogelijk 3 miljard euro extra kost. De minister zal proberen om ook bij verwerping van het wetsvoorstel te zorgen dat de regelingen voor wind op zee in werking kunnen treden. Het banenverlies bij Delta en Eneco is volgens de minister niet te wijten aan de splitsing, maar aan de algehele situatie in de energiesector. Zij zijn ook nu al gebonden aan het groepsverbod. De minister wil wel op een constructieve manier kijken naar oplossingen voor werkgelegenheid.



Deel dit item: